EPRA14~18DAV3+W1 + ETVH/X16S18+23DA6V+9W(G)
Daikin Altherma 3 H HT F
4P587502-1 – 2019.07
5
Richtlijnen met betrekking tot mogelijke toepassingen
|
Opstelling
A Aanvoerwatertemperatuur primaire zone
B Een eenpersoonskamer
a Warmtepompconvectoren (+ controllers)
▪
Voor meer informatie over de aansluiting van de elektrische bedrading op de
unit, zie:
-
"8.2 Aansluitingen op de
-
"8.3 Aansluitingen op de
▪
De warmtepompconvectoren zijn rechtstreeks op de binnenunit aangesloten.
▪
Een afsluiter (ter plaatse te voorzien) wordt voor de vloerverwarming geplaatst
om condensatie op de vloer te vermijden tijdens het koelen.
▪
De gewenste kamertemperatuur wordt ingesteld via de controller van de
warmtepompconvectoren. Er zijn verschillende controllers en opstellingen
mogelijk voor de warmtepompconvectoren. Voor meer informatie, zie:
-
De installatiehandleiding van de warmtepompconvectoren
-
De installatiehandleiding van de opties voor warmtepompconvectoren
-
Het bijlageboek voor optionele uitrustingen
▪
Het signaal om ruimteverwarming/koeling te vragen wordt naar een digitale
input op de binnenunit gestuurd (X2M/35 en X2M/30).
▪
De bedrijfsmodus wordt naar de volgende toestellen door een digitale output op
de binnenunit gestuurd (X2M/4 en X2M/3):
-
De warmtepompconvectoren
-
De afsluiter
Configuratie
Instelling
Temperatuurregeling van de unit:
▪
#: [2.9]
▪
Code: [C-07]
Aantal watertemperatuurzones:
▪
#: [4.4]
▪
Code: [7-02]
B
A
M1
a
4
buitenunit" [
94]
4
binnenunit" [
101]
1 (Externe kamerthermostaat): De
unit werkt op basis van de externe
thermostaat.
0 (1 zone): Primair
Waarde
Uitgebreide handleiding voor de installateur
33