198
Flitser
Gebruik de flitser niet als er vuil of stof op zit.
Zorg dat uw vingers of uw kleding niet voor de flitser komen
wanneer u een opname maakt.
De flitser kan beschadigd raken en gaan roken of een vreemd
geluid maken. De warmteontwikkeling die hierdoor ontstaat, kan
namelijk beschadiging van de flitser veroorzaken.
Raak de flitser niet aan nadat u snel achter elkaar een aantal
opnamen hebt gemaakt.
Dit kan resulteren in brandwonden.
Voorzorgsmaatregelen
De camera
Voorkom storingen en schade door elektromagnetische golven
door de camera nooit in de buurt te plaatsen van
elektromotoren of andere apparaten die sterk magnetische
velden genereren.
Blootstelling aan sterk magnetische velden kan leiden tot defecten
of beschadigde opnamegegevens.
Voorkom condensatie als u de camera verplaatst van een koude
naar een warme locatie door het apparaat in een afgesloten
vinylzak te plaatsen en een tijdje te laten acclimatiseren voordat
u het weer uit de zak haalt.
Als er condensatie optreedt in de camera, verwijdert u de
geheugenkaart en de batterij en laat u de camera ongebruikt liggen
bij een normale temperatuur totdat het vocht op natuurlijke wijze
is verdampt.
De batterij
Zorg er altijd voor dat de batterijpolen schoon zijn.
Als de polen niet goed schoon zijn, kan dit leiden tot een slecht
contact tussen de batterij en de camera. Reinig de polen met een
wattenstaafje voordat u de batterij oplaadt of gebruikt.