4.
INSTELLINGEN
Instelling maximale
cv-aanvoertemperatuur
De maximale cv-aanvoertemperatuur kan ingesteld worden.
Afhankelijk van de benodigde warmte en de cv-installatie kan
deze maximale temperatuur worden gewijzigd. Bij een
instelling van 80 kan de cv-aanvoertemperatuur 85
wat voor bijna alle woningen een goede instelling is.
Advies voor andere instellingen:
•
Bij laagtemperatuurverwarming is bijvoorbeeld 50 een
goede instelling. Als uw installateur een dergelijk lage
temperatuur heeft ingesteld, mag u deze niet verhogen.
Mogelijk is er op de mantel van uw toestel een sticker
geplakt, waar de ingestelde waarden op vermeldt staan.
Het veranderen van de maximale cv-aanvoertemperatuur
Volg onderstaande aanwijzingen
voor het aanpassen van de
maximale cv-aanvoertemperatuur.
Druk 1 keer op
U ziet nu enkele seconden de
ingestelde waarde op het display
(b.v. 80).
Door (herhaald) op de
toets te drukken, verlaagt of
verhoogt u de ingestelde waarde,
bijvoorbeeld naar 75.
Na enkele seconden ziet u het
standaard display weer. De door u
ingestelde waarde is opgeslagen
in de besturing van het toestel.
Bij sommige aangesloten OpenTherm-kamerthermostaten zijn bovenstaande instellingen alleen mogelijk op de
thermostaat.
Gebruik van de AAN/UIT-toets
Als de
- toets minimaal 10 seconden wordt ingedrukt,
schakelt het toestel zichzelf uit. Bij deze UIT-stand worden er
2 streepjes zichtbaar op het display.
Als de
- toets weer 10 seconden wordt ingedrukt,
schakelt u het toestel weer in.
230V-spanning tijdens UIT-stand
In de UIT-stand staat er nog steeds 230V voedings-
spanning op het toestel.
Als u het toestel geheel spanningsloos wilt maken,
dient u de stekker uit het stopcontact te halen.
6
C worden,
o
of
.
of
MegaDens 3
/ MegaDens 4
222
Instelling warm watertemperatuur
Bij een instelling van 58 komt er, bij de nominale volume-
stroom, warm water van ca. 57-65
Dit is voor bijna elke situatie een goede instelling.
Indien gewenst, is het echter mogelijk om de instelling voor de
warm watertemperatuur te verhogen of te verlagen.
Zeer warm water!
Bij het verhogen van deze instelling komt er zeer
warm water uit de kraan!
Het veranderen van de warm watertemperatuur
Volg onderstaande aanwijzingen
voor het aanpassen van de warm
watertemperatuur.
Druk 1 keer op
U ziet nu de ingestelde waarde op
het display (b.v. 58).
Deze geadviseerde waarde
is voorwaarde voor het
CW/HRww-label
Door (herhaald) op de
toets te drukken, verlaagt of
verhoogt u de ingestelde waarde,
bijvoorbeeld naar 55.
Na enkele seconden ziet u het
standaard display weer. De door u
ingestelde waarde is opgeslagen
in de besturing van het toestel.
Minimale tapwatertemperatuur
Het bouwbesluit schrijft voor dat er aan de warm
waterpunten een minimale temperatuur van 55°C
geleverd moet kunnen worden. Stel de warm
watertemperatuur daarom niet lager in dan 58°C.
Schakel daarom bij toepassing van bijv. een zonne-
of warmtepompboiler het toestel nooit uit.
Instelling comfort-/economystand
voor warm water
Dit combitoestel heeft een functie om snel warm water te
kunnen leveren, de zogenaamde comfortstand. Vooral bij
langere warm waterleidinglengtes is dit prettig, omdat u
dan minder lang op het warme water hoeft te wachten.
•
Comfort
= warmhoudstand voor warm water AAN.
(voorwaarde voor CW en HRww)
(eco niet zichtbaar)
•
Economy
= warmhoudstand UIT = wel warm water
te gebruiken, maar de wachttijd is soms
(eco zichtbaar)
wat langer. Bij deze stand daalt wel het
energieverbruik.
/ MegaDens 5
226
231
o
C uit het toestel.
of
.
of
(Vervolg op volgende bladzijde)