Instellingen
LED-indicator
• O pladen: het apparaat instellen dat het meldingslampje wordt ingeschakeld tijdens opladen
van de batterij.
• B atterij bijna leeg: instellen dat het apparaat het meldingslampje inschakelt wanneer de
batterij bijna leeg is.
• M eldingen: instellen dat het apparaat het meldingslampje inschakelt bij gemiste oproepen,
berichten of meldingen.
• S praakopname: instellen dat het apparaat het meldingslampje inschakelt wanneer u
spraakmemo's opneemt.
Geluiden en meldingen
U kunt de instellingen voor diverse geluiden op het apparaat wijzigen.
• I ntensiteit trilsignaal: de sterkte van het trilsignaal aanpassen.
• T rillen bij overgaan: instellen dat bij inkomende oproepen zowel een beltoon als een trilsignaal
wordt gebruikt door het apparaat.
• B eltonen: een beltoon voor inkomende oproepen toevoegen of selecteren.
• T rilstand: een trilpatroon toevoegen of selecteren.
• B eltoon melding: een beltoon selecteren voor gebeurtenissen, zoals inkomende berichten en
gemiste oproepen.
• A pplicatiemeldingen: de meldingsinstellingen voor elke applicatie wijzigen.
• A dapt Sound: het geluid personaliseren voor het oor dat u het meeste gebruikt tijdens
oproepen of wanneer u naar muziek luistert.
Eenvoudige stand
Selecteer een startschermstand (standaard of eenvoudig).
128