6.4 Elektrische aansluiting
6.4.1 230Vac Voeding
De installatie moet voldoen aan de geldende plaatselijke en/of landelijke voorschriften o.a. NEN
1010. Zorg o.a. voor een juiste aansluitgroep met hoofdzekering.
Het elektrisch schema van het toestel kunt u achter in deze handleiding vinden.
De voeding is 230Vac (50 Hz) met aarde.
De aansturing van het toestel is een twee-draads Argus Link communicatie systeem
(zwakstroom).
Werkschakelaar of contactstop.
Het toestel moet worden voorzien van een 230 Volt werkschakelaar die fase én nul (niet de
aarde) onderbreekt. Deze werkschakelaar dient een contact opening van min. 3 millimeter te
hebben. Indien het toestel wordt voorzien van een stekker voor in een wandcontactdoos. Deze
wandcontactdoos dient te allen tijde bereikbaar te zijn. Absoluut nooit de voeding van het
toestel (laten) onderbreken door andere schakelaars. Dit kan tot oververhitting van het toestel
leiden.
6.4.2 Aansturing
Het toestel kan op meerdere manieren worden aangestuurd.
De Multi Therm Comfort; speciaal ontworpen digitale klokthermostaat welke 1 tot 8
luchtverwarmers kan aansturen.
De Multi Therm Standard; speciaal ontworpen digitale ruimtethermostaat welke 1 tot 8
luchtverwarmers kan aansturen.
De Interface Unit; speciaal ontworpen module om de luchtverwarmers op andere installaties
aan te kunnen sluiten. (0-10V signaal, aan uit signaal, hoog laag signaal, ontstoren en
diverse uitgangen mogelijk)
Een aan/uit thermostaat; Het toestel is geschikt voor een aan/uit thermostaat (potentiaal vrij
contact). Echter belangrijke functies, zoals bijvoorbeeld ontstoren op afstand en het
hoog/laag regeling, werken niet meer.
Let op dat de thermostaat niet in de buurt van antennes van interne communicatie
netwerken gemonteerd wordt. Deze zenden stralen uit waar de thermostaat last
van kan hebben. Het kan leiden tot ontregeling van de thermostaat. Houd altijd
enige meters afstand.
Bij de plaatsen en aansluiten van de ruimtethermostaat dient men op de volgende zaken in acht
te nemen, die van invloed zijn op de correcte meting van de ruimtetemperatuur en dus de
goede werking van de thermostaat.
Plaats de thermostaat in een ruimte op een plaats waar de lucht ongehinderd langs kan
•
circuleren. Let hierbij op dat de in de winter laagstaande zon niet direct op de thermostaat
kan schijnen. Ook is de plaatsing in of nabij de warme luchtstroom van het toestel niet
wenselijk. Vermijd plaatsing op een koude buitenmuur, plaats de thermostaat op een
binnenmuur, vrij van tocht.
Plaats de thermostaat nooit in de warme luchtstroom welke uit het toestel komt
•
Instructie boekje Luchtverwarmer TR (121L)
Pagina 7/21