B Slijpen van de snijtand
Om de snijtand te slijpen
heeft men een RONDE
VIJL en een VIJLMAL
nodig.
1
Controleer of de ketting
gestrekt is. Als de
ketting niet voldoende
gestrekt is, is ze
zijdelings onstabiel
waardoor ze niet juiste
kan geslepen worden.
2
Vijl altijd van de
binnenkant van de
snijtand naar buiten toe.
Til de vijl op wanneer u
naar de volgende tand
gaat. Vijl eerst alle
tanden aan één kant,
draai daarna de machine
om en vijl de tanden
van de andere kant.
3
Vijl zo dat alle tanden
even lang zijn.
Wanneer de lengte van
de snijtand slechts 4
mm bedraagt, is de
ketting versleten en
moet ze vervangen
worden.
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
C Algemeen betreffende het instellen van
de snijdiepte
• Wanneer men de
snijtanden slijpt,
vermindert de
TANDDIEPTE
(=snijdiepte). Om de
maximum zaagcapaciteit
te behouden, moet de
dieptestellernok verlaagd
worden tot de aanbevolen
hoogte.
• Op een snijschakel met
TERUGSLAGREDUCTIE
is de voorkant van de
dieptestellernok afgerond.
Het is erg belangrijk dat
die afronding/afschuining
behouden blijft na het
aanpassen van de
snijdiepte.
• We raden aan dat u onze
dieptestellermal gebruikt
die zowel voor een juiste
snijdiepte als voor een
afschuining van de
voorkant van de
dieptestellernok.
Een te grote snijdiepte verhoogt het
terugslagrisico van de motorkettingzaag.
9
Nederlands –