Bedieningshandleiding
Veilige veldbus
4.6 Stekkerconfiguratie toestelaansluitingen X0 – X7
Uitvoering: M12-bus, 8-polig, A-gecodeerd
Pin Kleur* Signaal Beschrijving van de veldboxsignalen
1
WH
A1
+ 24 VDC voeding van het toestel
2
BN
Y1
Cyclusuitgang 1, Voeding veiligheidskanaal 1
3
GN
A2
0 VDC voeding van het toestel
4
YE
X1
Veiligheidsingang 1
5
GY
DI
Diagnose-ingang
6
PK
Y2
Cyclusuitgang 2,
Voeding veiligheidskanaal 2
7
BU
X2
Veiligheidsingang 2
8
RD
DO
Veilige uitgang
X4 – X7 bijkomend met FB-Interface voor BDF200-FB
De standaardinstelling is geschikt voor
veiligheidsschakelcomponenten met elektronische OSSD.
Als er veiligheidsschakelcomponenten met potentiaalvrije
contacten worden gebruikt, moet de dwarssluitbewaking
verplicht worden geactiveerd.
Bij veiligheidsschakelcomponenten met elektronische OSSD
moet de dwarssluitbecaking van de aansluitkabel van het
toestel door de veiligheidsschakelcomponent gebeuren.
4.7 Stekkerconfiguratie Power I/O aansluitingen
Uitvoering: M12-Power-stekker / bus, 4-polig, T-gecodeerd
Pin
Kleur*
Signaal Beschrijving van de veldboxsignalen
1
BN
Us
+ 24 VDC voeding SFB
2
WH
GND
0 VDC voeding SFB
3
BU
GND
0 VDC voeding SFB
4
BK
Us
+ 24 VDC voeding SFB
4.8 Stekkerconfiguratie PROFINET aansluitingen P1/P2
Uitvoering: M12-bus, 4-polig, D-gecodeerd
Pin
Kleur*
Signaal Beschrijving van de veldboxsignalen
1
YE
TD+
Transmit-Data +
2
WH
RD+
Receive-Data +
3
OG
TD-
Transmit-Data -
4
BU
RD-
Receive-Data -
Flens
FE
Afscherming Ethernet
* Kleurencode van de SCHMERSAL M12-kabels
4.9 F-adres instellen en fabrieksinstellingen herstellen
Kijkvenster voorzichtig verwijderen. (schroeven Torx 10)
De schroeven van het kijkvenster zijn niet geborgd.
Zorg ervoor dat deze schroeven niet verloren gaan.
Opgelet!
Gevaar voor elektrische schokken.
Direct contact met de printplaat vermijden.
Bij het openen van het kijkvenster moet men ervoor zorgen
dat er geen vocht of te veel luchtvochtigheid in de veldbox
binnendringt.
Met de 3 draaicodeerschakelaars achter het kijkvenster kan het
Safety-adres worden ingesteld en kunnen de fabrieksinstellingen van
de SFB worden hersteld.
x 100
x 10
0
0
9
9
1
8
2
8
7
3
7
6
4
6
5
5
Instellen van het F-adres:
• SFB spanningsloos schakelen
• het gewenste F-adres in het bereik 1 ... 999 instellen
• SFB opnieuw onder spanning zetten
Fabrieksinstellingen van de SFB herstellen:
• SFB spanningsloos schakelen
• F-adres 0 – 0 – 0 instellen
• SFB opnieuw onder spanning zetten
• Na 15 seconden de SFB-PN opnieuw spanningsloos schakelen
Bij een Factory Reset wordt het IP-adres en de PROFINET-naam
gewist.
5. Diagnosefuncties
5.1 LED-aanduidingen toestelaansluitingen X0 – X7
Aan elke toestelaansluiting zijn 2 LED-aanduidingen beschikbaar.
Een groen/rode Error-LED en een gele Input-LED om de
schakeltoestanden aan de veiligheidsingangen weer te geven.
Error-LED (E)
De Error-LED kan de volgende aanduidings- en knipperpatronen
uitzenden:
(= PIN 4)
(= PIN 3)
LED-aanduiding
(= PIN 2)
GROEN
Aan
(= PIN 1)
GROEN
Knippert
ROOD
1 impuls
ROOD
2 impulsen Fout veiligheidsingangen
ROOD
3 impulsen Fout cyclusuitgangen
ROOD
4 impulsen Overlast voeding van het toestel
ROOD
5 impulsen Overlast digitale uitgang
ROOD
6 impulsen Fout digitale uitgang
ROOD
7 impulsen Fout FB-Interface (alleen plaats 4-7)
Input-LED (I)
De Input-LED kan de volgende aanduidings- en knipperpatronen
uitzenden:
LED-aanduiding
GEEL
Uit
GEEL
Aan
GEEL
Knippert
NL
SFB-PN-IRT-8M12-IOP
x 1
F-adres
0
1 ... 999
geldig
9
1
1
2
8
2
0 – 0 – 0 fabrieksinstellingen
3
7
3
herstellen
4
6
4
5
Beschrijving
Geen fout aan de toestelaansluiting
Fout toestelaansluiting kan worden gekwiteerd
Dwarssluiting veiligheidsingangen
Beschrijving
Beide veiligheidsingangen LOW
Beide veiligheidsingangen HIGH
Slechts een veiligheidsingang HIGH,
of discrepantie-/stabiele tijdsfout
F-adres
7