Inhoudsopgave
Advertenties
18
5.5 Afmetingen voor afvoer
Het is belangrijk dat de machine het juiste luchtvolume heeft, vergeleken met het vermogen van elk van de machines.
Als het luchtdebiet kleiner of groter is, duurt het drogen langer.
Als het afvoerkanaal lang of het ontwerp van de afvoer niet ideaal is, raden we u aan het afvoerkanaal periodiek te
reinigen. Langere kanalen moeten doorgaans vaker worden schoongemaakt.
Het afvoerkanaal moet zo kort mogelijk zijn, om de machine het best te laten werken.
Alle dekpanelen moet worden gemonteerd om de machine optimaal te laten werken.
5.6 De droger afstellen
Afstelling van de luchtstroom mag alleen door geautoriseerd personeel worden uitgevoerd.
De droger is vooraf ingesteld op een optimale luchtstroom bij leidingen van maximaal 15 lang. Voor langere leidingen
moet de droger volgens deze instructies worden afgesteld.
Controleer het label op de smoorklep voor de standaard-fabrieksinstellingen.
Stel de droger af door het onderste achterpaneel te demonteren en de druk in het ventilatorhuis te meten.
Demonteer het onderste achterpaneel.
Demonteer de verwarmingssensor (NTC-sensor) (A) en breng het meetinstrument aan. Zorg dat de aansluiting goed
dichtzit, om luchtlekkage te voorkomen.
Draai de schroeven op de smoorklep los en open de smoorklep (B) zo ver mogelijk.
Verricht de meting met een drukmeetinstrument (manometer) bij een lege trommel en een programma zonder
verwarming.
Door de smoorklep (B) te openen en te sluiten wordt de druk op de verwarmingssensor (NTC-sensor) (A) verlaagd of
verhoogd.
De droger werkt optimaal als de gemeten statische druk overeenkomt met de in de volgende tabel vermelde waarde.
Verwarming / frequentie
Elektrisch / 50 Hz
Elektrisch / 60 Hz
Gas / 50 Hz
Gas / 60 Hz
Stoom / 50 Hz
Stoom / 60 Hz
Installatiehandleiding
A
Statische druk op positie
NTC-sensor (Pa)
650
1150
650
1150
1300
1550
B
Resulterende nominale luchtstroming koude lege machi-
ne (m
3
/h)
940
940
940
940
1080
1080
fig.7524
Advertenties
Inhoudsopgave
