3
4
5
7
8
➔ Wij adviseren u alle platte afdichtingen te vervangen.
9
10 Na het vervangen van de platte afdichtingen het
apparaat in de leiding monteren.
11 Tot slot het apparaat intern en extern op lekkage
controleren, zie pagina 5 (Lektest).
ToeBehoRen
Meetnippels
Meetnippels ter controle van de inlaatdruk p
senruimtedruk p
en de uitlaatdruk p
z
p
p
u
p
p
d
z
p
u
p
z
Leveringsomvang
1 x meetnippel met 1 x profieldichtring.
Rp ¼: bestelnr. 74923390,
¼ NPT: bestelnr. 75455894.
6
, de tus-
u
.
d
d
p
u
p
d
p
z
p
u
p
d
p
z
gasdrukschakelaar dg..vC voor vas 6–9/
vCs 6–9
De gasdrukschakelaar bewaakt de inlaatdruk p
uitlaatdruk p
en de tussenruimtedruk p
d
➔ Inlaatdruk p
u
kelaar is op de ingangszijde gemonteerd.
Uitlaatdruk p
bewaken: de gasdrukschakelaar is
d
op de uitgangszijde gemonteerd.
p
u
p
d
p
u
p
z
➔ Wanneer de gasdrukschakelaar wordt bijgeplaatst,
zie de bijgevoegde bedieningshandleiding "Gas-
drukschakelaar DG..C", hoofdstuk "DG..C.. aan
een valVario-gasmagneetklep monteren".
➔ Het schakelpunt is door middel van het handwiel
instelbaar.
1
Instelbereik
(insteltolerantie
= ± 15% van de
Type
op de schaal
aangegeven
waarde)
[mbar]
DG 17VC
2–17
DG 40VC
5–40
DG 110VC 30–110
100–
DG 300VC
300
➔ Verloop van het schakelpunt bij controle volgens
EN 1854 gasdrukschakelaars: ± 15%.
NL-6
.
z
bewaken: de gasdrukscha-
p
u
p
p
p
z
z
p
u
p
d
p
z
2
3
gemiddeld
schakelverschil
bij min. en max.
instelling
["WC]
[mbar]
0,8–6,8 0,7–1,7 0,3–0,8
2–16
1–2
12–44
3–8
40–120
6–15
, de
u
p
d
p
d
p
d
d
["WC]
0,4–1
0,8–3,2
2,4–8