Systeemdiagnose
Voer diagnostische tests uit als u problemen ondervindt met uw apparaat. U kunt ook de
systeemlogboeken bekijken en uitgebreid loggen en Systeem-led knippert inschakelen voor
uw apparaat.
Diagnostische tests
Er zijn drie typen diagnostische tests:
Snelle test: De snelle test controleert de harde schijven op ernstige problemen. Het
resultaat van een snelle test is een evaluatie van de toestand van de harde schijf, die
wel of niet met goed gevolg wordt afgelegd. De snelle test kan een paar minuten duren.
Volledige test: De volledige test is een uitgebreide stationsdiagnostiek. Deze test
methodisch alle sectoren van de harde schijven. U ontvangt informatie over de
toestand van de harde schijf, zodra de test is uitgevoerd. De volledige test kan uren
duren, afhankelijk van de grootte en gegevensconfiguratie van de harde schijven.
Systeemtest: Met de systeemtest wordt de goede toestand van de apparaathardware
gecontroleerd (harde schijven, systeemklok en apparaattemperatuur).
Een diagnostische test uitvoeren
1. Op de pagina Hulpprogramma's klikt u op Snelle test, Volledige test of Systeemtest.
Er verschijnt een voortgangsbalk die de voortgang en het resultaat van de test aangeeft.
2. Bekijk de testresultaten en klik op Sluiten.
Als het apparaat problemen blijkt te hebben, klik dan op
Ondersteuning voor hulp.
Systeemlogboeken bekijken
Systeemlogboeken bieden een lijst van events die op uw apparaat hebben plaatsgevonden.
Gebruik de volgende stappen om uw systeemlogboeken te bekijken.
1. Klik in het gedeelte Systeemdiagnose op Logboeken bekijken.
2. In het dialoogvenster Logboeken bekijken bekijkt u de inhoud van het apparaatlogboek.
Om het logboek aan te passen:
Selecteer het Logboekniveau in het keuzemenu.
Selecteer de optie Filteren op in het keuzemenu.
Als u het logboek wilt wissen, klikt u op Wissen.
3. Als u de registratie hebt bekeken, klikt u op Sluiten.
Uitgebreide registratie
Als u uitgebreide logboeken wilt vastleggen in uw diagnostische gegevens, zorgt u ervoor
dat er geen back-ups, bestandsactiviteiten of bestandsoverdrachten worden uitgevoerd
voordat u uitgebreide registratie activeert.
Klik op de schakelknop om uitgebreide registratie in te schakelen en klik vervolgens
op OK.
MY CLOUD MIRROR (GEN 2) CLOUDOPSLAG
GEBRUIKERSHANDLEIDING
INSTELLINGEN CONFIGUREREN
en vervolgens op
91