9.2 Controle en justeren van de randlast
KFP V20NM-IA-nl-1712
Controle van de randlast:
• De controlegewichten in het midden van het
weegplateau plaatsen en de weegschaal tarreren.
• De weegschaalaanduiding -0-.
• De controlegewichten achter elkaar in 4 hoeken
plaatsen.
• De afwijkingen worden nu met het waardeteken
afgelezen, de getoonde waarden noteren. Indien de
afwijkingen buiten de toleranties staan (zie hoofdstuk
9.1), is het justeren noodzakelijk.
Justeren van de randlast:
Voorbereiden:
• Voor een betere controle van de wijzigingen
verkregen tijdens het justeren, dient in het
configuratiemenu de hoogste nauwkeurigheid van het
aflezen te worden gekozen.
• De aansluitbox openen.
Justeerregel:
De hoek (weegcel) met de grootste negatieve afwijking
op nul zetten. Deze hoek zelfs bij meervoudig justeren
niet omzetten.
16