•
De 'start'-handmelder wordt ingedrukt
Een blusaktivatiestatus wordt als volgt aangeduid:
•
LED voor vooractivatie: Continu rood.
•
LED's voor zone: Knipperend rood (voor zones in brandalarm). Deze
knipperen altijd (wijzen op detectoralarmen) voor blusdetectiezones
aangezien deze zones als automatisch worden beschouwd (maar indicaties
kunnen variëren voor andere panelen in een netwerk).
•
LED's voor algemeen brandalarm: Knippperend voor detectoraktivatie.
Continu voor HBM-aktivatie.
•
LED voor HBM-start: Continu indien het alarm geactiveerd werd door een
start blus handmeldpunt.
•
LED voor Ext. sounders aan: Knipperend indien de toon onderbroken is.
Constant indien de toon continu is. De blussirenes worden onmiddellijk
geactiveerd met de geconfigureerde toon.
•
LED voor vrijgave: Snel knipperend tijdens de laatste 10 seconden voordat de
aandrijving geactiveerd wordt om het blusgas vrij te geven. Traag knipperend
indien de aandrijving geactiveerd werd en de centrale wacht op bevestiging
van de flow van het blusgas. Raadpleeg uw systeeminstallateur om te
bepalen of deze optie geconfigureerd is op uw systeem.
•
LED voor reset: Traag knipperend geel om aan te geven dat de manuele
reset verhinderd werd totdat de geconfigureerde vertraging verstrijkt. Overleg
met uw systeeminstallateur om te bepalen welke vertraging geconfigureerd
werd.
•
Indicaties vboor waarschuwingen worden op de gewone manier
weergegeven, gekoppeld aan de brandalarmgebeurtenis.
De zoemer van de centrale klinkt continue, met uitzondering van de laatste
10 seconden alvorens het activeren van de aandrijving wanneer de zoemer
onderbroken klikt.
Wanneer het handmeldpunt annuleren wordt ingedrukt terwijl in
blusaktivatiemode:
•
Het blusproces wordt onmiddellijk geannuleerd.
•
LED voor HBM-annulering: Continu.
•
LED voor Ext. sounders aan: Uitgeschakeld. De blussirenes worden
onmiddellijk gedeactiveerd.
Wanneer het handmeldpunt vertragen wordt ingedrukt terwijl in
blusaktivatiemode:
•
Het blusproces wordt gepauzeerd.
•
LED voor HBM-vertraging: Continu (hangt af van de geconfigureerde houd-
mode). Raadpleeg uw systeeminstallateur om te bepalen welke wacht-mode
geconfigureerd werd voor uw systeem.
14
KFP-CX3E Series Bedieningshandleiding