Kopiëren
Lees "Opmerking en handige tips voor het kopiëren" op pagina 19
voordat u iets kopieert.
Overzicht van de basisprocedure
1.
Druk op de knop Kopiëren.
2.
Laad papier in de papiertoevoer en plaats het originele document
op de glasplaat (zie "Papier laden" op pagina 13 en "Een document
op de glasplaat plaatsen" op pagina 16).
3.
Indien gewenst kunt u de lay-out van de kopie wijzigen (zie "De
kopielay-out wijzigen" op pagina 17).
Opmerking:
Omdat alle kopieerinstellingen (papiertype, afdrukkwaliteit, aantal
kopieën, papiergrootte) na het wijzigen van de kopieerlay-out worden
teruggezet op hun standaardwaarden, moet u eerst de kopieerlay-out
wijzigen voordat u de kopieerinstellingen wijzigt.
4.
Indien gewenst kunt u de kopieerinstellingen wijzigen (zie
"Kopieerinstellingen wijzigen" op pagina 18).
5.
Druk op de knop x Kleur om te kopiëren in kleur of op de knop x
ZW om te kopiëren in grijstinten.
Let op:
c
Open tijdens het scannen of kopiëren nooit de scannereenheid. Dit kan
het apparaat beschadigen.
Opmerking:
Trek tijdens het kopiëren niet aan de kopie die wordt uitgevoerd.
12
Kopiëren