Invoeren van expressies en
waarden
Basisinvoerregels
Als u op
drukt, wordt de prioriteitsvolgorde van de invoerberekening
automatisch geëvalueerd en het resultaat verschijnt op de display.
4 × sin 30 × (30 + 10 × 3) = 120
1
*
Het haakje sluiten moet worden ingevoerd voor sin- en andere functies
die haakjes bevatten.
2
*
Deze vermenigvuldigingssymbolen (×) kunnen worden weggelaten.
3
*
Het haakje sluiten direct voor de bewerking
De cursor naar het begin of einde van een invoerexpressie
verplaatsen
Bij het invoeren van een expressie kunt u op
naar het begin van de expressie te laten springen of op
einde van de expressie te springen.
Invoerexpressie en berekeningsresultaat indicator "Meer" (
)
Als u aan de rechterkant van een regel met een invoerexpressie of met
een berekeningsresultaat een aanwijzer (
weergegeven regel naar rechts doorloopt. Scroll op de regel naar links en
rechts met
en
• Als u op het einde rechts van een regel met een berekeningsresultaat
ziet, kunt u naar het einde van het resultaat springen door
op
te drukken. Om naar het begin van een regel met een
berekeningsresultaat te springen, drukt u op
• Als u door de invoerexpressie wilt scrollen terwijl de indicatoren
en
worden weergegeven, moet u eerst op
vervolgens kunt u scrollen met
.
en
24
kan worden weggelaten.
drukken om de cursor
om naar het
of
) ziet, betekent dit dat de
.
of
drukken en
.
,