Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Daikin Altherma EHSX04P30A Bedieningshandleiding pagina 39

Verberg thumbnails Zie ook voor Altherma EHSX04P30A:
Inhoudsopgave

Advertenties

Parameter
Ruimte-invloed
Alleen bij aangesloten en aan de verwarmingskring toegewezen kamerstation
De instelling van welke invloed de afwijking van de door EHS157034 gemeten kamertempera-
tuur ten opzichte van de huidige streefwaarde (zie hoofdstuk 3.4.3 en 3.4.4) heeft op de aan-
voerstreeftemperatuur..
Uit: Enkel weersgestuurde aanvoertemperatuurregeling
0: Enkel weersgestuurde aanvoertemperatuurregeling, maar interne verwarmingspomp loopt
volgens een warmte-aanvraag tijdens de afkoeltijd verder tot de volgende verwarmingscyclus.
1-20: Zorg voor een correctie van de aanvoerstreeftemperatuur (parallelverschuiving van de
verwarmingscurve) met de ingestelde factor.
Voorbeeld: Als de gemeten temperatuur 2 K onder de streefwaarde ligt, wordt de aanvoer-
streeftemperatuur met 2 keer de ingestelde waarde verhoogd.
Aanpassing kamer-
Alleen bij aangesloten en aan de verwarmingskring toegewezen kamerstation
temp
Individuele aanpassing van de voor de regeling relevante kamertemperatuur.
Als er een systematische afwijking van de door EHS157034 gemeten kamertemperatuur ten
opzichte van de in het oponthoudsbereik van deze kamer daadwerkelijke temperatuur wordt
vastgesteld, dan kan de meetwaarde worden gecorrigeerd met de ingestelde waarde.
Vertrektemp. Dag
Alleen als parameter [HC Function] = 1 (In uitlevertoestand is deze functie geactiveerd. Dit kan
allen met de technicuscode worden veranderd. Contacteer hiervoor uw verwarmingstechnicus.
Instelling van de aanvoerstreeftemperatuur voor de verwarmingskring tijdens de verwarmings-
tijd bij bedrijfsmodus: "Automatisch 1", "Automatisch 2", "Verwarmen".
Vertrektemp. Nacht
Alleen als parameter [HC Function] = 1 (In uitlevertoestand is deze functie geactiveerd. Dit kan
allen met de technicuscode worden veranderd. Contacteer hiervoor uw verwarmingstechnicus.
Instelling van de aanvoerstreeftemperatuur voor de verwarmingskring in lagetemperatuurwer-
king bij bedrijfsmodus: "Automatisch 1", "Automatisch 2", "Nachtverlaging".
T-vorstbev
Uit: Geen vorstbescherming van de verwarmingskring
Anders: Als de buitentemperatuur onder de geprogrammeerde waarde daalt, schakelt de in-
stallatie zichzelf in vorstbeschermingsmodus (inschakelen van de pompen). De functie wordt
beëindigd wanneer de buitentemperatuur boven de ingestelde waarde + 1 K ligt.
Isolatie
Instelling van de gebouwisolatienorm. Daardoor worden de gemiddelde buitentemperatuur en
de automatische aanpassingen van de verwarmingscurve en de verwarmingstijden beïnvloed.
Start. T-ext. koelen
Uitsluitend gebruiken als de toegekende verwarming een koelfunctie heeft
Alleen als parameter [HC Function] = 0 (In uitlevertoestand is deze functie geactiveerd. Dit kan
allen met de technicuscode worden veranderd. Contacteer hiervoor uw verwarmingstechnicus.
Instelling vanaf welke buitentemperatuur de koelmodus met de hoogste aanvoerstreeftempe-
ratuur om te koelen [Start T-vertr koelen] start (instelvoorwaarde: bedrijfsmodus "koelen").
Max. T-ext. koelen
Uitsluitend gebruiken als de toegekende verwarming een koelfunctie heeft
Alleen als parameter [HC Function] = 0 (In uitlevertoestand is deze functie geactiveerd. Dit kan
allen met de technicuscode worden veranderd. Contacteer hiervoor uw verwarmingstechnicus.
Instelling bij welke buitentemperatuur de laagste steeftemperatuur om te koelen [Max. T-vertr
koelen] wordt aangegeven (instelvoorwaarde: bedrijfsmodus "koelen").
Start T-vertr koelen
Uitsluitend gebruiken als de toegekende verwarming een koelfunctie heeft
Alleen als parameter [HC Function] = 0 (In uitlevertoestand is deze functie geactiveerd. Dit kan
allen met de technicuscode worden veranderd. Contacteer hiervoor uw verwarmingstechnicus.
Instelling van de aanvoerstreeftemperatuur om te koelen bij het starten van de koelmodus (bui-
tentemperatuur = parameter [Start. T-ext. koelen])
Max. T-vertr koelen
Uitsluitend gebruiken als de toegekende verwarming een koelfunctie heeft
Alleen als parameter [HC Function] = 0 (In uitlevertoestand is deze functie geactiveerd. Dit kan
allen met de technicuscode worden veranderd. Contacteer hiervoor uw verwarmingstechnicus.
Instelling van de minimale aanvoerstreeftemperatuur om te koelen. Deze wordt vanaf de bui-
tentemperatuur (parameter [Max. T-ext. koelen]) constant gehouden.
T-voorl koel
Uitsluitend gebruiken als de toegekende verwarming een koelfunctie heeft
Alleen als parameter [HC Function] = 1 (In uitlevertoestand is deze functie geactiveerd. Dit kan
allen met de technicuscode worden veranderd. Contacteer hiervoor uw verwarmingstechnicus.
Instelling van de aanvoerstreeftemperatuur om te koelen bij actieve koelwerking.
Tab. 6-15
Parameter in draaischakelaarstand "Configuratie", niveau "Mixer Config"
Daikin Altherma EHS(X/H)
Daikin Altherma integrated solar unit
008.1420932 – 05/2014
Beschrijving
6
x
Parameterinstellingen
Toegang
Instelbereik
Min / Max
BE
HF
:
E
E
Uit, 0 - 20
:
E
E
-5,0 tot +5,0 K
E
E
20 - 90 °C
E
E
10 - 90 °C
E
E
Uit,
-5 tot +5 °C
E
E
Uit
Gering
Normaal
Goed
Zeer goed
.
E
E
20 - 45 °C
.
E
E
20 - 45 °C
.
E
E
5 - 25 °C
.
E
E
5 - 25 °C
.
E
E
8 - 30 °C
Fabrieksin-
Resolutie
stelling
Uit
1
0,0 K
1 K
40 °C
1 °C
10 °C
1 °C
0 °C
1 °C
Normaal
-
24 °C
1 °C
35 °C
1 °C
18 °C
1 °C
18 °C
1 °C
18 °C
1 °C
Bedieningshandleiding
39

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave