3
Maak de handinvoerlade open. Stel de papiergeleiders op het papierformaat af.
4
Houd het papier met beide handen vast en plaats het zo in de handinvoerlade, dat de voorste rand
van het papier de papierdoorvoerrol raakt. Houd het papier in die positie vast totdat de printer het
automatisch een stukje invoert en laat het papier pas dan los.
Zorg dat het papier recht en in de juiste stand op de handinvoerlade ligt. Is dit niet het geval, dan
kan het papier scheef worden ingevoerd waardoor de vellen verkreukeld worden uitgevoerd of
het papier kan vastlopen.
Plaats nooit meer dan een vel papier tegelijk in de handinvoerlade, omdat het papier dan kan
vastlopen.
Als u papier (of transparanten enz.) in de handinvoer plaatst wanneer de printer nog niet klaar
is om af te drukken, kan het papier worden uitgeworpen zonder dat er iets op gedrukt is.
5
Nadat de printer de afgedrukte pagina heeft uitgeworpen, plaatst u het volgende vel op dezelfde
wijze als in stap 4 hierboven beschreven wordt. Herhaal dit voor elke pagina die u wilt afdrukken.
1 - 13 OVER DEZE PRINTER
Afbeelding 1-11
Afbeelding 1-12