3.3 Tijdens het duiken
Tijdens het duiken (diepte van meer dan 1,2 m) wordt de volgende informatie
weergegeven:
● duiktijd (eerste rij)
● huidige diepte (tweede rij)
● maximumdiepte van de duik (onderste rij)
● watertemperatuur (buitenrand)
3.4 Tussen twee duiken
Als u op diepten terechtkomt van minder dan 1,2 meter, slaat het apparaat de
duikinformatie (log) op in het
(geheugen) en begint het de
MEMORY
oppervlaktetijd te tellen.
In de
-modus (Duikmodus) verschijnt na het starten van de
DIVE
oppervlakteteller de volgende informatie:
● duiktijd van de laatste duik (eerste rij)
● huidige diepte als de diepte tussen 1,2 meter en 0,3 meter is OF
oppervlaktetijd als de diepte 0,3 meter of minder is (tweede rij)
● maximumdiepte van de laatste duik (onderste rij)
12