Overige beeldaanpassingen
Als u niet tevreden bent over de beeldkwaliteit in de standaardmodi. Via de schermmenu's
kunt u enkele instellingen handmatig aanpassen.
1. Helderheid aanpassen
Druk op MENU op de projector of de afstandsbediening. Ga naar
Helderheid en pas de waarden aan door op
afstandsbediening te drukken.
Hoe hoger de waarde, hoe helderder de afbeelding. En hoe lager de waarde, hoe donkerder
de afbeelding. Stel deze knop zo in dat de zwarte gedeelten van het beeld echt zwart worden
weergegeven en er nog details zichtbaar zijn in de donkere gedeelten.
Mogelijk is het midden van het geprojecteerde beeld helderder dan de hoeken. Dit is
normaal, omdat de projector de helderheid niet gelijkmatig verdeelt over het beeld dat
wordt geprojecteerd. Hierdoor is de lichtuitvoer op het beeld ongelijk.
2. Het contrast aanpassen
Druk op MENU op de projector of de afstandsbediening. Ga naar
Contrast en pas de waarden aan door op
afstandsbediening te drukken.
Hoe hoger de waarde, hoe groter het contrast. Gebruik deze optie om het maximale
witniveau in te stellen nadat u eerder de helderheid hebt ingesteld overeenkomstig de
geselecteerde ingang en de omgeving.
3. Een kleurtemperatuur selecteren
Druk op MENU op de projector of de afstandsbediening. Ga naar
Kleurtemperatuur en pas de waarden aan door op
afstandsbediening.
Er zijn vier instellingen voor kleurtemperatuur* beschikbaar.
1.
T1: met de hoogste kleurtemperatuur, T1, krijgen beelden meer een blauwe schijn dan
bij andere instellingen.
2.
T2: hiermee krijgen beelden een blauwe schijn.
3.
T3: de witte kleur behoudt de normale schakering.
4.
T4: hiermee krijgen beelden een rode schijn.
Links/
-30
50
Links/
Rechts op de projector of de
-30
50
Links/
Beeld -->
Rechts op de projector of
+70
Beeld -->
+70
Beeld -->
Rechts op de projector of de
Bediening
27