Inhoudsopgave
Advertenties
Bedieningselementen en functies
Projector
1.
Focusring (zie
helderheid fijnafstemmen" op pagina 24
meer informatie.)
Hiermee past u de scherpstelling van het
geprojecteerde beeld aan.
2.
Zoomring (zie
helderheid fijnafstemmen" op pagina 24
meer informatie.)
Hiermee past u de grootte van het beeld aan.
3.
Waarschuwingslampje temperatuur (zie
"Lampjes" op pagina 42
Brandt of knippert als de temperatuur van de
projector te hoog wordt.
4.
Power-lampje (aan/uit) (zie
pagina 42
voor meer informatie.)
Brandt of knippert als de projector wordt
gebruikt.
5.
Aan/uit (zie
"Starten" op pagina 21
projector uitschakelen" op pagina 30
informatie.)
Hiermee kunt u de projector aan- of uitzetten.
6.
Trapezium /
Trapezium /
(Zie
"Keystone (Trapezium) corrigeren" op
pagina 25
en
"De menu's gebruiken" op
pagina 32
voor meer informatie.)
Hiermee kunt u het trapeziumeffect aan de
bovenzijde van het beeld corrigeren.
Wanneer het schermmenu is geactiveerd, drukt
u op de twee knoppen om de selectiefocus naar
links of rechts te verplaatsen of om wijzigingen
aan te brengen.
8
Inleiding
1
2
3
4
5
6
7
8
"Het beeldformaat en de
"Het beeldformaat en de
voor meer informatie.)
"Lampjes" op
en
voor meer
Links
Rechts
7.
BLANK (Onderdrukken) (zie
beeld verbergen" op pagina 29
meer informatie.)
Hiermee kunt u de schermafbeelding
verbergen. Druk op een willekeurige
knop op het bedieningspaneel om de
afbeelding opnieuw weer te geven.
8.
MODE (Modus) (zie
"Projectietoepassing" op pagina 33
9
voor meer informatie.)
10
Afhankelijk van het geselecteerde
11
ingangssignaal zijn er verschillende
6
afbeeldingsmogelijkheden
12
beschikbaar.
13
9.
Waarschuwingslampje lamp (zie
"Lampjes" op pagina 42
informatie.)
Geeft de lampstatus aan. Brandt of
voor
knippert als er een probleem is met
de lamp.
10.
EXIT (Afsluiten)
Hiermee slaat u de menu-
instellingen op en sluit u het menu.
voor
Wanneer het schermmenu is
geactiveerd, drukt u op deze knop
om de selectiefocus naar boven te
verplaatsen.
11.
AUTO (Automatisch) (zie
automatisch aanpassen" op
pagina 24
Hiermee worden automatisch de
beste beeldtiminginstellingen
bepaald voor het weergegeven beeld.
12.
SOURCE (Bron) (zie
"De
tussen ingangssignalen" op pagina 23
voor meer informatie.)
Hiermee selecteert u
achtereenvolgens het ingangssignaal
RGB/YPbPr, Video of S-Video.
13.
MENU (zie
gebruiken" op pagina 32
informatie.)
Hiermee schakelt u het
schermmenu in.
Wanneer het schermmenu is
geactiveerd, drukt u op deze knop
om de selectiefocus naar beneden te
verplaatsen.
"Het
voor
voor meer
"Het beeld
voor meer informatie.)
"Schakelen
"De menu's
voor meer
Advertenties
Inhoudsopgave
