3.3 I Het apparaat in werking stellen
• Het apparaat moet uitgerust zijn met een filter tijdens het functioneren.
• Open geen deuren en ramen terwijl het apparaat in werking is.
• Zet het apparaat onder spanning door de voedingskabel aan te sluiten,
• Druk op de knop
(laatste actieve parameters),
• Stel de gewenste vochtigheidsgraad in met de knop "HUMIDITY" (40%, 50%, 60%, 70%) of schakel de continue werking
van het apparaat in met "CNT",
• De modus voor continue werking houdt geen rekening met de vochtigheidsgraad: het apparaat werkt
continu.
• Stel de gewenste ventilatorsnelheid in met de knop "SPEED".
• Als het apparaat in werking is, gaat u na of de condens wordt afgevoerd (zie "2.1.3 Aansluiting van de condensafvoer").
• Na een vertraging van 5 minuten, als de omgevingsvochtigheidsgraad hoger is dan de gewenste
vochtigheidsgraad, wordt de compressor in werking gesteld en gaat het indicatorlampje "COMP. "
branden.
• De vochtigheidsgraad voor comfort in het zwembad is 60%.
• De ventilatie is permanent zolang het apparaat ingeschakeld is.
• De luchtontvochtiger is uitgerust met een ontdooisysteem dat automatisch start zodra er zich
bij lage temperaturen ijs vormt. De compressor start of stopt automatisch, afhankelijk van de
omgevingstemperatuur. De ventilator draait continu.
• In de modus voor continue werking geeft het apparaat bij een vochtigheidsgraad van minder dan 35%
continu "LO" weer, maar blijven de compressor en de ventilator met de gekozen snelheid draaien. Schakel
het apparaat uit of selecteer een vochtigheidsgraad om de vochtigheidsgraad weer op het ideale of
gewenste niveau te brengen.
11
: de indicatorlampjes van de ventilatorsnelheid en de gewenste vochtigheidsgraad gaan branden