7
|
Installatie van de unit
7.1.1 Vereisten inzake de plaats waar de buitenunit geïnstalleerd wordt
Uitgebreide handleiding voor de installateur
52
INFORMATIE
Lees tevens de volgende vereisten:
▪
"2 Algemene
▪
"7.1.3 Vereisten inzake de plaats waar de binnenunit geïnstalleerd
(lengte van de koelmiddelleidingen en hoogteverschil).
Houd rekening met de richtlijnen inzake de benodigde ruimte. Zie
"17.1 Serviceruimte:
Buitenunit" [
OPMERKING
▪
Stapel de units NIET op elkaar op.
▪
Hang de unit NIET aan een plafond.
Hevige wind (≥18 km/u) die tegen de luchtuitlaat van de buitenunit blaast,
veroorzaakt kortsluiting (luchtaanzuiging of -uitblaas). Dit kan de volgende
gevolgen met zich meebrengen:
▪
een vermindering van de capaciteit in bedrijf;
▪
een snellere en meer regelmatige ijsvorming tijdens het verwarmen;
▪
stilvallen door een te lage of een te hoge druk;
▪
een gebroken ventilator (als hevige wind constant tegen de ventilator blaast, kan
deze beginnen zeer snel te draaien en na een tijdje breken).
Er wordt geadviseerd een stootplaat te monteren wanneer de luchtuitlaat aan
wind blootgesteld is.
Installeer bij voorkeur de buitenunit met de luchtinlaat naar de muur gericht en
NIET rechtstreeks aan wind blootgesteld.
b
a Stootplaat
b Belangrijkste windrichting
c Luchtuitlaat
Installeer de unit NIET in een van de volgende plaatsen:
▪
Geluidsgevoelige zones (zoals naast een slaapkamer), zodat het geproduceerd
geluid in bedrijf geen overlast veroorzaakt.
Opmerking:
Als het geproduceerd geluid in reële omstandigheden wordt
gemeten, kan de gemeten waarde omwille van omgevingsgeluiden en
geluidsreflecties groter zijn dan het in de specificaties onder Geluidspectrum
vermeld geluidsdrukniveau.
4
veiligheidsmaatregelen" [
10].
4
275].
b
a
4
wordt" [
54]
ERLA11~16DAV3+W1 + EBVZ16S18+23DJ
Daikin Altherma 3 R F
4P643604-1 – 2021.09