Controle en afstellen van
aandrijfriem
•
De aandrijfriem zit helemaal ingekapseld en goed
beschermd tegen zowel stof, vuil als mechanische schade
tijdens het zagen.
•
Controleer het strekken van de aandrijfriem door met uw
vinger te voelen zoals op de afbeelding te zien is. Een
correct gestrekte aandrijfriem moet ongeveer 5 mm
kunnen bewegen.
•
Om de aandrijfriem te strekken, worden de beide bouten
(A) waarmee het zaagblad vastzit, een slag tegen de klok
in gedraaid.
•
Draai de strekschroef (B) met de klok mee, terwijl u met
uw vinger voelt hoe de aandrijfriem wordt opgespannen.
Wanneer de aandrijfriem ongeveer 5 mm beweegt, is hij
voldoende gestrekt en kunt u de beide bouten vastdraaien
waarmee de slijpschijfhouder vastzit.
BELANGRIJK! Een nieuwe aandrijfriem moet een keer
worden nagespannen wanneer een of twee brandstoftanks
zijn verbruikt.
Vervangen van aandrijfriem
•
Haal de spanning van de riem. Schroef de
riemspanschroef (A) helemaal in.
16 –
Dutch
ONDERHOUD
•
Verwijder de slijpschijven.
•
Verwijder de koppelingsdeksel door de bouten A en B los
te draaien.
•
Wrik de aandrijfriem van de neus van de slijparm (C).
•
Maak de waterslang (E) los. Schuif de houder terug en
haal de aandrijfriem van de koppeling (D).