g
Druk op a of b om de beschikbare opties
voor de instelling weer te geven en druk
dan op de optie die u wilt instellen.
Herhaal stap f en g tot u alle
instellingen voor deze snelkoppeling
hebt gekozen.
h
Druk op Opslaan als snelk.
(Opslaan als snelkoppeling)
wanneer u klaar bent met het wijzigen
van de instellingen.
i
Controleer de weergegeven lijst met
geselecteerde instellingen en druk
vervolgens op OK.
j
Geef een naam voor de snelkoppeling
op via het toetsenbord op het
touchscreen. (Zie Tekst invoeren
uu pagina 187 voor informatie over het
invoeren van letters.)
Druk op OK.
k
Druk op OK om de snelkoppeling op te
slaan.
Faxsnelkoppelingen
toevoegen
U kunt de volgende instellingen in een
faxsnelkoppeling opnemen:
Adres
Faxresolutie
Contrast
Scanform. glas (Scanformaat
glas)
Rondsturen
Voorbeeld
Kleurinstelling
Direct verzenden
Internationaal
a
Druk op
(Snelkopp.).
b
Druk op
waar u nog geen
snelkoppeling hebt toegevoegd.
c
Druk op a of b om Fax weer te geven.
d
Druk op Fax.
e
Lees de informatie op het touchscreen
en druk vervolgens ter bevestiging op
OK.
f
Voer het faxnummer in via de
kiestoetsen van het touchpanel, het
adresboek of het overzicht van
uitgaande gesprekken op het
touchscreen. Ga vervolgens naar
stap g.
OPMERKING
• U kunt maximaal 20 cijfers voor een
faxnummer invoeren.
• Wanneer u de snelkoppeling voor het
rondsturen van faxen wilt gebruiken, drukt
u op Opties en selecteert u
Rondsturen bij stap h voordat u het
faxnummer invoert bij stap f.
• Voor een snelkoppeling voor het
rondsturen van faxen kunt u maximaal 20
faxnummers invoeren. U kunt de
faxnummers handmatig invoeren of via
het adresboek, in een willekeurige
combinatie van groepsnummers en
individuele faxnummers.
(uu Geavanceerde
1
gebruikershandleiding: Rondsturen
(alleen zwart-wit).)
• Wanneer u een faxnummer in een
snelkoppeling invoert, wordt dit nummer
aan het adresboek toegevoegd. De naam
in het adresboek is de
snelkoppelingsnaam gevolgd door een
volgnummer.
g
Druk op Opties.
h
Druk op a of b om de beschikbare
instellingen weer te geven en druk dan
op de instelling die u wilt wijzigen.
i
Druk op de nieuwe optie die u wilt
instellen.
Herhaal stap h en i tot u alle
instellingen voor deze snelkoppeling
hebt gekozen.
Druk op OK.
j
Druk op Opslaan als
snelkoppeling wanneer u klaar bent
met het kiezen van nieuwe opties.
Algemene informatie
13
1