8.13.1 Trek
Er worden waarden tussen 3 Pa (0,03 mbar) en 5 Pa
(0,05 mbar) aanbevolen.
LEVENSGEVAAR
door vergiftiging bij ontsnappende
rookgassen.
WAARSCHUWING!
Denk eraan dat de verwarmingsketel
enkel gecombineerd mag worden met
schoorstenen of rookgasinstallaties die
tijdens werking de genoemde trek
leveren (
AANWIJZING VOOR DE GEBRUIKER
Een hogere trek leidt tot vermijdbare
warmteverliezen en bijgevolg ook tot
hogere verwarmingskosten. Bij de
rookgasverliesmeting kunnen daardoor
bovendien meetfouten optreden. Bij
waarden van over de 10 Pa (0,1 mbar)
wordt aangeraden een extra
luchtvoorziening in te bouwen.
8.13.2 Rookgasverlies
De rookgasverliezen mogen niet meer dan 9 %
bedragen.
Hogere waarden wijzen op meetfouten of vervuiling van
de verwarmingsketel of de brander.
Controleer de meetpositie of voer een reiniging uit
(
hoofdstuk 10, pagina 38).
8.13.3 Koolmonoxidegehalte
CO-waarden in luchtvrije toestand moeten onder
400 ppm resp. 0,04 vol.-% liggen.
Waarden van meer dan 400 ppm wijzen op een onjuiste
branderinstelling, een verkeerde instelling van het
toestel, vuil op de brander of warmtewisselaar of een
defect bij de brander.
Stel in dit geval absoluut de oorzaak vast en verhelp
deze.
Specifieke gasketel Logano G144/G144 V - Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden.
tab. 1, pagina 9).
Verwarmingsinstallatie in bedrijf stellen
8
33