INSTALLATIE VOORSCHRIFT
Woord vooraf
Geachte klant,
Vriendelijk bedankt voor de aankoop van dit DRU
product. Onze producten zijn ontwikkeld en gefabriceerd
volgens de hoogst mogelijke kwaliteits-, prestatie- en
veiligheidseisen. Hierdoor kunt u rekenen op jarenlang
probleemloos gebruiksplezier.
In dit boekje vindt u instructies voor installatie en gebruik
van uw nieuwe toestel. Lees de instructies en gebruikers-
handleiding goed door, zodat u zich vertrouwd maakt met
het toestel. Wilt u meer ondersteuning, neem dan contact
op met uw leverancier.
Uitpakken
Wanneer u klaar bent met uitpakken, dient de verpakking
via de reguliere weg te worden afgevoerd.
Aansluiten
Dit toestel dient te worden aangesloten door een bevoegd
installateur.
INSTALLATIEVOORSCHRIFT
Gassoort
Dit toestel is bestemd voor het land en geschikt voor de
gassoort dat is vermeld op de typeplaat. Controleer of de
gassoort en de gasdruk ter plaatse overeenkomen met de
vermelding op het typeplaatje. Houdt u aan de gasinstal-
latievoorschriften en eventuele plaatselijke voorschriften.
Het toestel dient door een bevoegd installateur te worden
aangesloten.
Om het toestel te laten werken op butaan of propaan
dient het omgebouwd te worden door een bevoegd instal-
lateur. Een ombouwset is via hem te bestellen.
Belangrijk
• Zorg ervoor dat evt. overgordijnen of andere brandbare
materialen minstens 50 cm van het toestel verwijderd zijn.
• Let op! Aanraking van hete delen kan brandblaren veroor-
zaken!
• Het toestel dient door een erkend installateur
geïnstalleerd te worden.
• Het plaatsen van een z.g. stoffilter op of onder de mantel
is niet toegestaan.
• Natte kleding, handdoeken e.d. niet op de kachel te
drogen hangen!
Algemeen
Het toestel kan zowel aan een wand van onbrandbaar
materiaal (b.v. steen of beton), als aan een wand van
brandbaar materiaal (b.v. hout) geïnstalleerd worden.
Installatie aan een wand van onbrandbaar
materiaal (fig. 6,8, blz. 9,10)
De modellen kunnen alleen hangend geïnstalleerd worden.
Houd er rekening mee dat boven het toestel minimaal 1
meter vrij ruimte nodig is voor voldoende warmteafvoer.
Bij staande installatie dient de montageplaat (2) met de
onderzijde op de vloer te staan, dit is de minimale afstand
(maat F, fig. 6,8, blz. 9,10) van het hart van de muurdoor-
voer tot aan de vloer.
Voor het aftekenen van de muurdoorvoering kan de mon-
tageplaat (2) als mal worden gebruikt. Om de mantel om
het binnenwerk te kunnen hangen moet men rekening
houden dat tussen een eventuele vensterbank en het toe-
stel een vrije ruimte van minimaal 25 mm noodzakelijk is.
De minimale benodigde vrije installatie hoogten (maat Y)
van de verschillende modellen zijn verwerkt in de tabel op
blz. 11.
De standaard geveldoorvoer
Maak een horizontaal gat in de muur met een diameter
E (zie tabel op blz. 11) voor doorvoering van de inlaat-
pijp. Zorg er voor dat de muurdoorvoer ongeveer 2º op
afschot ligt.
De standaard geveldoorvoer is geschikt voor wanddiktes
van 50-330 mm en de standaard verlengde doorvoer voor
wanddiktes van 50-600 mm. Afhankelijk van de wanddikte
dienen de in- en uitlaatpijp op lengte te worden gemaakt n.l.
Lengte inlaatpijp
• STYLE 3
wanddikte + 20mm
• STYLE 4, 5
wanddikte + 20mm
De aan het muurrooster gemonteerde trekstangen kunnen
na montage van de geveldoorvoer worden ingekort.
Installatie van de standaard geveldoorvoer
(fig. 1,3, blz. 8)
Schuif de op lengte gemaakte inlaatpijp (1) door de
montageplaat (2) en zorg daarbij dat de felsnaad tegenover
het merkteken (45˚ links boven) in de montageplaat zit.
Schuif de afdichtring (3) en de muurring (4) om de inlaat-
pijp en let daarbij op de volgorde. (zie figuur). Neem het
geheel en schuif de inlaatpijp in de muuropening. De
montageplaat aandrukken tot tegen de wand. De inlaatpijp
terugdrukken zodanig dat het pijpeinde gelijk ligt met de
omgezette rand van de montageplaat.
Plaats vanaf de buitenzijde het muurrooster met de daar-
aan gemonteerde trekstangen in de inlaatpijp. De trekstan-
gen iets naar buiten buigen zodat deze licht klemmen in
de inlaatpijp waardoor het rooster op z'n plaats blijft. Het
merkteken "Top" boven houden bij het plaatsen van het
muurrooster. Schuif de twee bevestigingsbeugels (5) over
de trekstangen (6) en zorg er daarbij voor dat de bevesti-
gingsbeugels om de omgehaalde rand van de montageplaat
haken. Moeren aanbrengen op de trekstangen en handvast
2
Lengte uitlaatpijp
wanddikte + 40mm
wanddikte + 30mm