13
12
RIGHT HAND sectie
11
Met deze knoppen kunt u de gedeeltes die met de
rechterhand worden bestuurd aan of uitzetten:
ORCH1, ORCH2, ORGAN, ACCORDION,
12
Rechterhand registers
Met de 14 rechterhand registers kunt u de gewenste klank
selecteren.
OPMERKING
In de ORCH 1, ORCH 2 en ORGAN modi bieden registers [1]~[14]
toegang tot twee klanken (A/B). Om een 'B' klank te selecteren, drukt u
het corresponderende register twee keer in.
OPMERKING
Door een register in te drukken en vast te houden, kunt u de
geselecteerde rechtersectie uitschakelen. De noten worden dan alleen
via MIDI doorgegeven.
Druk op hetzelfde of een ander register om het weer aan te zetten.
13
MODE sectie
Met deze knoppen kunt u deze functie aan of uitzetten:
DRUMS (p. <?>), BASS TO TREBLE (p. <?>), USER PROGRAM
(p. <?>).
14
PLAYER sectie
Met de [LOOP] knop kunt u de PLAYER sectie voor de Loop functie
gebruiken. Zie p.52.
Met de [ % ] knop kunt u naar het begin van de huidige song
terugkeren.
Met de [ */, ] knop kunt u het afspelen van de song staren of tijdelijk
stopzetten (pauzeren).
De [REC] knop wordt gebruikt om de opname van uw spel te starten.
16
15
14
CHORUS, REVERB en DELAY knoppen
15
Gebruik deze knoppen om het niveau van de Chorus, Reverb
16
en Delay-effecten in te stellen.
17
EFFECT knop
18
Gebruik deze knop om het niveau van MFX effecten in te
stellen.
19
USB MEMORY poort
Sluit hier een optioneel USB-geheugen aan.
OPMERKING
Steek het USB-geheugen voorzichtig helemaal in, totdat het stevig op
zijn plaats zit.
Gebruik USB-geheugen dat door Roland wordt verkocht. We kunnen
een juiste werking niet garanderen wanneer een ander USB-geheugen
wordt gebruikt.
Roland raadt het gebruik van USB-hubs niet aan, ongeacht of deze
actief of passief zijn. Sluit slechts één USB-geheugen op deze poort aan.
Rechterhand bedieningspaneel
17
18
19
15