8 Configuratie
[D‑00]
Boosterverwarm
ing
0
Gedwongen UIT Gedwongen UIT
(standaard)
1
Toegestaan
2
Gedwongen UIT Toegestaan
3
Toegestaan
De energiespaarfunctie
Bepaalt of de elektrische voeding van het koelmiddeldeel van de
buitenunit tijdens stilstand (geen vraag naar ruimteverwarming/
koeling of warm tapwater) kan worden onderbroken (inwendig door
de regeling van het Hydrodeel). De eindbeslissing om een
stroomonderbreking van de buitenunit toe te staan wanneer deze
stilstaat
hangt
af
van
compressoromstandigheden en minimumintervaltimers.
Om de instelling van de energiespaarfunctie in te schakelen moet
[E‑08]
op
de
gebruikersinterface
energiespaarstekker op de buitenunit verwijderd worden.
OPMERKING
De energiespaarstekker op de buitenunit mag alleen
verwijderd worden nadat de hoofdvoeding naar de
toepassing UITgeschakeld werd.
1
3
2
#
Code
Nvt
[E‑08]
Energiespaarfunctie voor buitenunit:
▪ 0: Uitgeschakeld
▪ 1 (standaard): Ingeschakeld
De besturing energieverbruik
Zie
"5 Richtlijnen met betrekking tot mogelijke toepassingen" op
pagina 13
voor meer informatie over deze functie.
Besturing energieverbruik
Uitgebreide handleiding voor de installateur
78
Back-
Compressor
upverwarming
Gedwongen
UIT
de
omgevingstemperatuur,
ingeschakeld
en
Beschrijving
#
Code
[A.6.3.1]
[4-08]
de
[A.6.3.2]
[4-09]
[A.6.3.3]
[5-05]
[A.6.3.4]
[5-09]
Amp.grensw v DI: Alleen van toepassing in het geval van een
vermogenbeperking op basis van digitale ingangen en op basis van
stroomwaarden.
[A.6.3.5.1]
[5-05]
[A.6.3.5.2]
[5-06]
[A.6.3.5.3]
[5-07]
[A.6.3.5.4]
[5-08]
kW-grenswaarde v DI: Alleen van toepassing in het geval van een
vermogenbeperking op basis van digitale ingangen en op basis van
vermogenwaarden.
[A.6.3.6.1]
[5-09]
[A.6.3.6.2]
[5-0A]
[A.6.3.6.3]
[5-0B]
[A.6.3.6.4]
[5-0C]
Voorrang: Alleen van toepassing in het geval van een optionele
EKHW.
EBLQ05+07CAV3 + EDLQ05+07CAV3 + EKCB07CAV3 +
EK2CB07CAV3 + EKMBUHCA3V3 + EKMBUHCA9W1
Beschrijving
Modus:
▪ 0 (Geen beperking) (standaard):
Uitgeschakeld.
▪ 1 (Continu): Geactiveerd: U kunt één
vermogengrenswaarde (in A of kW)
instellen om aan te gegeven dat het
energieverbruik van het systeem
altijd tot deze waarde beperkt zal
worden.
▪ 2 (Digitale input): Geactiveerd: U
kunt
tot
vier
verschillende
vermogengrenswaarden (in A of kW)
instellen om aan te gegeven dat het
energieverbruik van het systeem tot
deze waarden beperkt zal worden
wanneer
de
overeenstemmende
digitale ingang vraagt.
Type:
▪ 0
(Stroom):
De
grenswaarden
worden in A ingesteld.
▪ 1
(Vermogen)
(standaard):
grenswaarden
worden
in
ingesteld.
Waarde: Alleen van toepassing in het
geval van een voltijdse
vermogenbeperking.
0 A~50 A, stap: 1 A (standaard: 50 A)
Waarde: Alleen van toepassing in het
geval van een voltijdse
vermogenbeperking.
0 kW~20 kW, stap: 0,5 kW (standaard:
20 kW)
Grenswaarde DI1
0 A~50 A, stap: 1 A (standaard: 50 A)
Grenswaarde DI2
0 A~50 A, stap: 1 A (standaard: 50 A)
Grenswaarde DI3
0 A~50 A, stap: 1 A (standaard: 50 A)
Grenswaarde DI4
0 A~50 A, stap: 1 A (standaard: 50 A)
Grenswaarde DI1
0 kW~20 kW, stap: 0,5 kW (standaard:
20 kW)
Grenswaarde DI2
0 kW~20 kW, stap: 0,5 kW (standaard:
20 kW)
Grenswaarde DI3
0 kW~20 kW, stap: 0,5 kW (standaard:
20 kW)
Grenswaarde DI4
0 kW~20 kW, stap: 0,5 kW (standaard:
20 kW)
Daikin Altherma lage temperatuur monobloc
4P405544-1B – 2015.08
De
kW