Inhoudsopgave
Advertenties
5 Plaats de processor terug. Zie "De processor terugplaatsen" op pagina 86.
6 Plaats de warmteafleider van de processor terug. Zie "De koelplaat van de
processor terugplaatsen" op pagina 82.
7 Plaats de minikaart/minikaarten terug. Zie "De minikaart(en)
terugplaatsen" op pagina 65.
8 Plaats de geheugenmodule(s) terug. Zie "Geheugenmodule(s)
terugplaatsen" op pagina 33.
9 Plaats de afdekplaat van het moederbord terug. Zie "De afdekplaat van het
moederbord terugplaatsen" op pagina 56.
10 Plaats de I/O-afdekplaat aan de achterzijde terug. Zie "De I/O-afdekplaat
terugplaatsen 18" op pagina 40.
11 Replace the side I/O cover. Zie "Het I/O-zijpaneel terugplaatsen" op
pagina 41.
12 Plaats de beeldschermconstructie terug. Zie "De beeldschermconstructie
terugplaatsen" op pagina 36.
13 Breng de achterplaat opnieuw aan. Zie "De achterplaat terugplaatsen" op
pagina 21.
WAARSCHUWINGEN:
terugplaatsen en vastzetten, en controleren of er geen losse schroeven in de
computer zijn achtergebleven. Als u dit niet doet, loopt u het risico dat de
computer beschadigd raakt.
14 Zet de computer aan.
N.B.
Nadat u het moederbord hebt teruggeplaatst, voert u het serviceplaatje van
de computer in het BIOS van het vervangende moederbord in.
15 Voer de servicetag in. Zie "Het serviceplaatje invoeren in het BIOS" op
pagina 69.
Het serviceplaatje invoeren in het BIOS
1 Zet de computer aan.
2 Druk tijdens de POST op F2 om het programma voor systeeminstellingen
te openen.
3 Navigeer naar het hoofdtabblad en geef de servicetag op in het veld Service
Tag Setting (Servicetag instellen).
Voordat u de computer aanzet, moet u alle schroeven
Voordat u begint
69
Advertenties
Inhoudsopgave
