3
Werking van de CM10
3
Werking van de CM10
3.1 Regelprincipe
3.1.1 Bij toepassen ModuLine thermostaat
Ruimtetemperatuurregeling
De ModuLine 100 t/m 400 kunnen worden
toegepast als ruimteregeling. Hiervoor dient de
ModuLine thermostaat in een referentievertrek
te worden geplaatst. De ModuLine stuurt een
setpoint voor het gewenste vermogen naar de
CM10. Deze vertaalt dit signaal naar het
gewenste vermogen van beide toestellen.
Weersafhankelijke regeling
De ModuLine 400 kan worden toegepast als
weersafhankelijke regeling, bij gebruik van een
buitenvoeler. De thermostaat kan dan zowel in
een referentievertrek als bij het cv-toestel
worden geplaatst. De ModuLine stuurt een
setpoint op basis van de ingestelde stooklijn
naar de CM10. Deze vertaalt dit signaal naar de
gewenste aanvoertemperatuur van de
installatie.
6
Cascaderegelaar CM10 • 7164 9200 (2013/07)