Sluit het netsnoer, de aansluitkabel UBA 3-
bus en de andere componenten (bijv. ther-
mostaat, cv-toestellen, systeemaanvoersen-
sor in overeenstemming met de
toepassingen aan de klemmen van de CM10
aan (zie par. 4.4).
Steek daarvoor eerst de rubberen bescherm-
huls (fig. 7, pos. 2) op de leiding.
Sluit het netsnoer 230 VAC (fig. 7, pos. 1) en
de UBA 3-bus aansluitkabel aan op de
CM10.
Sluit alle bijkomende componenten op de
CM10 aan, zie par. 6.2.
Schroef de trekontlastingen (fig. 7, pos. 3)
vast met de bijgeleverde klemmen.
Monteer de afdekkap van de CM10
(fig. 8, pos. 3).
Draai de kruisschroeven (fig. 8, pos. 2) aan
met een kruisschroevendraaier of met een
ontluchtingssleutel (fig. 8, pos. 1).
Stel het cv-toestel en de regeling in bedrijf.
LET OP!
Zorg ervoor dat de cv-toestellen
gevuld en ontlucht zijn alvorens
deze in bedrijf te nemen. Dit om
schade aan pompen te voorkomen.
4.4 Aansluiten componenten
In de volgende schema's wordt aangegeven op
welke wijze de verschillende componenten
moeten worden aangesloten.
De volgende schema's geven weer:
A: ruimteregeling (RR)
B: weersafhankelijke regeling (WA)
C: 0-10V sturing op aanvoertemperatuur
D: 0-10V sturing op vermogen.
Cascaderegelaar CM10 • 7164 9200 (2013/07)
3
2
1
figuur 8
Afdekkap voor de klemmen monteren
pos. 1: ontluchtingssleutel of schroevendraaier
pos. 2: kruisschroeven met uitwendig vierkant
pos. 3: afdekkap van de klemmen
Installatie
4
15