9.8.6.
Inbedrijfstelling van de intelligent Tablet Controller in de
cloud ([5] Inbedrijfstelling (Commissioning))
De laatste stap van de inbedrijfstelling van de intelligent Tablet
Controller kan slechts dan worden uitgevoerd, wanneer alle
informatie over de unit en de gebruiker juist is ingevoerd. Bij laatste
stap wordt alle eerder ingevoerde informatie naar de cloud gestuurd.
Ga hiervoor als volgt te werk:
1
Klik
in
de
tool
voor
Inbedrijfstelling (Commissioning).
De tool voor inbedrijfstelling via internet controleert automatisch
of er gegevens moeten worden verstuurd en begint de setup
naar de Daikin Cloud Service te sturen.
2
Als er informatie ontbreekt, dan geeft het venster de reden aan
waarom het versturen van het bestand mislukt is.
Klik in dit geval op Sluiten (Close). U kunt terugkeren naar het
hoofdscherm van de tool voor inbedrijfstelling via internet zodat
u de nodige correcties kunt uitvoeren.
3
Neem contact op met de support van Daikin als er zich tijdens
het versturen een fout voordoet.
4
Als de datatransmissie geslaagd is, klik op Sluiten (Close) en u
kunt de tool voor inbedrijfstelling Afsluiten (Exit).
5
U kunt nu met uw browser naar de cloud gaan op dit adres:
http://cloud.daikineurope.com.
Als een authenticatiecode was ingevoerd, kunt u ook de
intelligent Tablet Controller app op de door Daikin geleverde
tablet
werken
(indien
"10.5. Functiemodus wijzigen" op pagina
VOORZICHTIG
Na de inbedrijfstelling via internet moet de intelligent Tablet
Controller handmatig worden herstart (met een druk op de
knop RESET (RESET) op de CPU-module).
DCC601A51
intelligent Tablet Controller
4P420109-1C – 2016.05
inbedrijfstelling
via
internet
van
toepassing).
Zie
anders
24.
Bediening
10. Geavanceerde configuratie van de
intelligent Tablet Controller
op
Na de inbedrijfstelling kunt u uw setup verder configureren of
herconfigureren met behulp van de tool voor lokale inbedrijfstelling.
In dit hoofdstuk vindt u de vereiste informatie over het wijzigen van
de gewenste instellingen.
INFORMATIE
Als u de Cloud-connect modus (Cloud-connect Mode)
hebt gekozen en uw setup configureert of herconfigureert,
dan moet de inbedrijfstelling via internet opnieuw worden
uitgevoerd. Voor meer informatie over de inbedrijfstelling
via internet, zie
pagina
15.
10.1. Overzicht hoofdvenster Tool lokale
inbedrijfstelling (Local Commissioning Tool)
b
g
Veld
Legende-
a
symbool
Symbool
b
beheerpunt
Details
c
(Details)
Gebruiks-
d
instelling
Instelpunt
e
(Setpoint)
Instelling
Ventilator-
f
snelheid
(Fan Speed)
Menulijst
g
(Menu List)
h
Logoff (Logoff)
Als u een beheerpunt selecteert, kunt u een of meerdere van de
volgende acties uitvoeren.
U kunt het geselecteerde beheerpunt AAN of UIT zetten met de
werkingsinstelling (d).
U kunt het streefinstelpunt van het geselecteerde beheerpunt
instellen (e).
"9.8. Inbedrijfstelling via internet" op
a
c
d
e
f
h
Verklaring
Geeft de legende van alle in deze tool gebruikte
symbolen weer.
Alle met de intelligent Tablet Controller
verbonden beheerpunten. Zie
"10.2. Beheerpunten" op pagina 19
informatie over beheerpunten.
Weergave van de basisinformatie van het
geselecteerde beheerpunt.
Schakelt het geselecteerde beheerpunt AAN of
UIT.
Stelt het gewenste temperatuurinstelpunt voor
het geselecteerde beheerpunt in (indien van
toepassing).
Stelt de gewenste ventilatorsnelheid voor het
geselecteerde beheerpunt in (indien van
toepassing).
Geeft het menu weer.
Uitloggen en terugkeren naar het loginscherm.
Wacht 30 seconden alvorens weer in te loggen.
Uitgebreide handleiding voor de installateur
voor meer
18