10 | Verwarmingscircuit aansluiten
Voor de overdracht van het warmtepompvermogen aan het verwarmingssysteem zijn volgende
grootheden van belang:
– De doorstromende verwarmingswaterhoeveelheid (m) in m
– Het temperatuurverschil tussen aanvoer en retour (∆t)
– De specifieke warmtecapaciteit van het water (c)
10.1.4
Verwarmingssysteem spoelen
Aan de verwarmingszijde dient men op de hieronder vermelde punten te letten:
– Om ervoor te zorgen dat eventueel aanwezige verontreinigingen in het verwarmingssysteem niet tot
storing aan de warmtepomp leiden dient het verwarmingssysteem vóór het aansluiten van de warmte-
pomp zorgvuldig te worden gereinigd en gespoeld. Dit geldt voor nieuwe installaties en in het bijzon-
der bij een toestelvervanging.
– Aan de warmtepompzijde moeten aanvoer en retour van afsluiters en 2 aftapkranen (vul-en-aftapkra-
nen) worden voorzien zodat een eventuele spoeling van de condensor kan worden uitgevoerd.
10.1.5
Vullen van de verwarmingsinstallatie
ü Voor de inbedrijfstelling moet de installatie gevuld en ontlucht zijn.
1. Afsluitdeksel op de ontluchting in de binnenunit één omwenteling openen.
2. Alle verwarmingscircuits openen.
3. Het complete verwarmingssysteem in koude toestand langzaam via de vul- en aftapkraan op de re-
tour tot ongeveer 2 bar afvullen (manometer gadeslaan).
4. 3-weg-omschakelventiel manueel van verwarmingsbedrijf naar warmwaterbedrijf en omgekeerd be-
wegen.
5. De volledige installatie op waterdichtheid controleren.
6. Drukexpansievat langzaam openen.
7. Warmtepomp inschakelen.
8. Verwarmingscircuits zonder restanten ontluchten, hiervoor in het installateurniveau 'Relaistest' de
pomp selecteren en 5 keer na elkaar de pomp gedurende telkens 5 sec. inschakelen en 5 sec. uit-
schakelen.
9. Wanneer de installatiedruk onder 1,5 bar gedaald is, water bijvullen.
10.1.6
Instelling bypass bij in serie geschakeld opslagvat
1. Alle verwarmingscircuits afsluiten.
2. In de weergavemodule AM of de bedienmodule BM-2, in het installateurniveau de "Relaistest" instel-
len. Pomp (ZHP) inschakelen en het debiet aflezen.
3. Bypassventiel op het in de technische gegevens opgegeven maximaal toegestane debiet van de
warmtepomp instellen.
4. Verwarmingscircuits opnieuw openen.
5. Relaistest beëindigen.
90 | WOLF GmbH
3
/h (nominaal debiet)
Q
= m x c x ∆t (kW)
WP
FHA-Center
9148329 | 202207