A) Door de bedieningsroede in de IGN
schuiven blijft de smoorklep openstaan (ongeacht de stand
van de deur) waardoor:
B) vervuilende (rook)producten rechtstreeks het rookkanaal
ingaan gedurende het aansteken. Dit warmt de rook
sneller op waardoor sneller "trek" ontstaat en minder
vervuilde uitstoot geproduceerd wordt tijdens een kortere
ontbrandingsfase.
C) Door de bedieningsroede in de CLOSED positie te schuiven
en deze krachtig in- en neerwaarts te drukken in de sleuf
tot hij volledig in de closed positie klikt, blijft de smoorklep
permanent in gesloten positie staan ongeacht de verdere
bediening. Dit is erg nuttig bij een sterke schoorsteentrek
zelfs als de rookgassen nog koud zijn.
D) Door de bedieningsroede in de AUTO positie te schuiven -
waarin hij neergedrukt wordt door de deur als die sluit- wordt de smoorklep
opengezet bij geopende deur en gesloten bij dichte deur.
8.3
Bijstelling:
Controleer eerst of de smoorklep correct in de steunpunten zit. De sluitingshoek
van de smoorklep wordt geregeld door de bedieningsroede en moet 100%
gesloten zijn bij gesloten deur. De roede is verstelbaar door hem in- en uit de
aansluiting te draaien die zich boven de verbrandingskamer bevindt en deel
uitmaakt van het bedieningsmechanisme. Door de roede uit te draaien (tegen de
klok in) sluit de smoorklep verder als de kacheldeur dicht is. Door de roede in te
draaien (met de klok mee) wordt het mechanisme korter waardoor de smoorklep
op minder afstand gedrukt wordt bij gesloten deur. Attentie: de smoorklep moet
aan vier zijden op de steunen rusten om deze bijstelling correct te kunnen
uitvoeren, dus neem de smoorklep eerst uit de verbrandingskamer en reinig de
achterste steunplaat van de smoorklep.
8.4
Uitneembare delen:
Als de installatie hinder ondervindt door weinig trek in het rookkanaal en
daardoor de werking van de kachel traag en laag is ondanks het gebruik van
goede kwaliteit droge brandstof, dan moet de rookgasafvoer door het
rookkanaal zoveel mogelijk verbeterd worden. Bijvoorbeeld door zo weinig
positie te
(ontsteking)
mogelijk bochten zo hoog mogelijk in het
rookkanaal aan te leggen, dubelwandig
materiaal te gebruiken, diameters iets te
vergroten, het rookkanaal buiten te
verlengen/verhogen, trek-verhogende kolen te
gebruiken alvorens veranderingen aan de kachel
aan te brengen. Ervan uitgaande dat ondanks de
maximaal aangebrachte veranderingen de
werking van de kachel niet verbeterd, dan
kunnen als laatste oplossing de "vleugel"delen
aan de achterkant van de smoorklep
uitgenomen worden om de begrenzing van de
kachel te reduceren als compensatie voor het
verlies aan trekkracht in het rookkanaal.
22
Purevision Freestanding
Issue 02 01/14