Powerturn
Begrip
Sluitvolgorderegeling
Elektrische deuropener
Vergrendelterugkoppeling
Reset
Slagfunctie
Deurdrangermodus
Servomodus
Uitleg
Elektrische sluitvolgorderegeling
In de normale modus wordt bij dubbele deuraandrijvingen de sluitvolgorde van de deur-
vleugels door de besturingen van de deuraandrijvingen geregeld. Hierbij wordt eerst de
standdeur gesloten. De loopdeur blijft zo lang in de geopende positie staan, totdat de
standdeur de sluitpositie heeft bereikt, pas daarna begint de loopdeur met sluiten.
Geïntegreerde sluitvolgorderegeling (-IS)
Bij een stroomuitval wordt bij tweevleugelige deursystemen met Powerturn F-IS en
Powerturn F-IS/TS de sluitvolgorde mechanisch geregeld. De deurvleugels worden
via de energieopslag van de aandrijvingen gesloten: hierbij wordt de loopdeur door
middel van de geïntegreerde mechanische sluitvolgorderegeling open gehouden.
Wanneer de standdeur de sluitpositie heeft bereikt, geeft deze via het mechaniek
van de geïntegreerde sluitvolgorderegeling de loopdeur vrij, zodat deze eveneens
volledig kan worden gesloten
Arbeidsstroom-deuropener
Uitvoering als deuropener op basis van wisselstroom of gelijkstroom. Bij aansturing
van de deuraandrijving wordt de deuropener via de besturing van de deuraandrijving
ingeschakeld, voor zover de deur daarbij in de sluitpositie staat. De deuropener blijft
ingeschakeld, totdat de deur de sluitpositie heeft verlaten.
Ruststroom-deuropener
Uitvoering als deuropener op basis van gelijkstroom. De deuropener wordt bij aanstu-
ring van de deuraandrijving uitgeschakeld, voor zover de deur zich in de sluitpositie be-
vindt. De deuropener blijft uitgeschakeld, totdat de deur de sluitpositie heeft verlaten.
De vergrendelterugkoppeling bestaat uit een in de deurschoot geïntegreerd contact,
dat bij het mechanisch afsluiten van de deur door de grendelbout van het deurslot
wordt bediend. Deze meldt aan de besturing dat de deur mechanisch vergrendeld is
en daardoor niet via de deuraandrijving kan worden geopend. De besturing negeert
in dit geval de aansturingen door alle aanstuurelementen.
Drukcontact voor het opnieuw in bedrijf stellen van de aandrijving na het inschakelen
van de bedrijfsspanning of na beëindiging van een brandalarm. Door het drukcontact
in te drukken, wordt de in de aandrijving geïntegreerde automatische stopschakeling
geactiveerd, waardoor de aandrijving wordt ingeschakeld.
Tijdens het sluiten in de stroomloze toestand wordt de deurvleugel door de dag-
schoot van de deuropener gehinderd. Om ervoor te zorgen dat de deur tijdens het
sluiten de dagschoot veilig kan overwinnen, wordt bij het bereiken van een bepaalde
openingshoek een in de aandrijving geïntegreerde eindschakelaar geactiveerd en
wordt de remkracht verminderd. De deur versnelt en valt met verhoogde snelheid in
het slot. In bekrachtigde toestand wordt deze functie via de besturing van de aandrij-
ving geregeld.
In de automatische modus (normale modus) kan het draaideursysteem zich als een
deurdranger gedragen. Dit betekent dat hij momentgeregeld sluit. Dit sluitmoment is
instelbaar en kan afhankelijk van de betredingssituatie worden aangepast.
Als een servomodus wordt gebruikt, ondersteunt de draaideuraandrijving de hand-
matige betreding met een koppel. Voor deze ondersteuning kunnen het ondersteu-
ningskoppel en de duur van de ondersteuning worden ingesteld.
Inleiding
5