4 SNEL AAN DE SLAG
1. Laad de accu voor de eerste rit volledig op. Oplaad-
temperatuur: 0°C tot 45°C.
2. Verwijder de afscherming van de oplaadaansluiting.
3. Verbind de stekker van het oplaadapparaat met de
accu.
Accu opladen
4. Sluit de stekker van het oplaadapparaat aan op een
stopcontact.
Vóór het eerste gebruik moet u de accu
helemaal opladen. De cellen van de accu
hebben standaard een laadstatus tussen
30% en 50%.
Bij de eerste keer opladen van de accu kunt u deze
ook uit de fiets halen en buiten de fiets opladen.
Informatie hierover vindt u in hoofdstuk 5 "Accu".
5. Wanneer alle LED's van de accu gedoofd zijn, is de
accu volledig opgeladen. Trek de stekker van het
oplaadapparaat uit de oplaadaansluiting en verwij-
der de netstekker van het oplaadapparaat uit het
stopcontact.
6. Als u de accu buiten de fiets hebt opgeladen, plaatst
u de accu vanaf de linker kant van de fiets terug in de
houder. Hiervoor moet u de accu ongeveer 45° naar
buiten toe kantelen. Draai de accu rechtop, totdat de
vergrendeling vastklikt.
GAZELLE MET IMPULSE SYSTEEM
Accu plaatsen
7. Draai nu de sleutel met de klok mee en trek de sleu-
tel uit het slot. Nu is de accu vergrendeld.
Accu vergrendelen
8. Controleer of de accu goed vastzit en of de sleutel uit
het slot is verwijderd.
9. Druk de
- toets op het bedieningselement in, om
het aandrijvingssysteem in te schakelen.
10. Door op de
/
-toetsen te drukken kunt u het
gewenste ondersteuningsniveau kiezen: ECO (zwak),
SPORT (gemiddeld), POWER (sterk) of geen onder-
steuning. U verandert de ondersteuning met elke
druk met één niveau. Dat werkt in beide richtingen,
afhankelijk van welke toets u indrukt.
Wanneer u geen ondersteuning merkt,
dient u even terug te trappen en daarna
weer naar voren, zodat de systeemcontro-
le wordt uitgevoerd. Wanneer de fiets nu nog steeds
geen ondersteuning levert, blijft de melding
"Beweeg de pedalen a.u.b." op het display staan.
Neem in dit geval contact op met uw dealer.
9