Slimdrive SL NT productserie
6.2.6 Kap erop schuiven
1
2
Kap (1) op zijplaten (3) schuiven tot deze vergrendelt en controleren of deze ook in de buurt van de module-
X
dragers en kabelhouders goed zit.
Correcte positie van het beveiligingskoord van de kap (2) en de aardleiding controleren.
X
Er mag geen contact mogelijk zijn met bewegende onderdelen.
Vergrendelingspen (4) in de tandriemvergrendeling (optie) draaien.
X
De vergrendelingspen (4) moet zich na montage zo in het boorgat van de kap bevinden, dat de vergrendeling
kan worden ver- en ontgrendeld.
Indien nodig, boorgat (5) in de kap vergroten.
X
6.3
Veiligheidsvoorzieningen monteren
Informatie over de aansluiting en parametrisering van de veiligheidssensoren en de in- en uitgangen en over de
inbedrijfstelling vindt u in het aansluitschema.
Veiligheids- en aansturingsvoorzieningen monteren.
X
Kabels correct in de kabelkanalen leggen.
X
Elektrische installatie, zie bedradingsschema.
6.4
Bedieningselementen/schakelaar/knop monteren
Elektrische installatie, zie bedradingsschema.
Bedieningselementen zo monteren dat gebruikers zich niet in gevaarlijke gebieden kunnen begeven.
X
6.5
De deurinstallatie in bedrijf stellen
Informatie over de aansluiting en parametrisering van de veiligheidssensoren en de in- en uitgangen en over de
inbedrijfstelling vindt u in het aansluitschema.
6.5. 1
Controleboek bijhouden
Veiligheidsanalyse uitvoeren.
X
Gemonteerde opties in de veiligheidsanalyse voor de exploitant invoeren.
X
5
3
Productietest en inbedrijfstelling
4
27