2.
Veiligheid
4
Het apparaat mag alleen door bevoegde per-
sonen bediend worden, die geïnstrueerd zijn
over de werking en het gebruik van het ap-
paraat. Ondeskundig gebruik kan leiden tot
schade aan het apparaat en/of de aangesloten
installatie.
Het apparaat mag niet worden gebruikt door
kinderen of personen met verminderde licha-
melijke, zintuiglijke of geestelijke vermogens,
of gebrek aan ervaring en kennis, tenzij onder
toezicht of indien zij instructies daarvoor heb-
ben gekregen.
Er moet op toegezien worden dat kinderen niet
met het apparaat spelen.
Indien u gas ruikt:
-
Geen open vuur! Niet roken!
-
Geen licht in- of uitschakelen of andere elek-
trische schakelaars bedienen
-
Geen telefoon gebruiken
-
Gas-hoofdkraan sluiten
-
Ramen en deuren openen
-
Huisbewoners waarschuwen en gebouw ver-
laten
-
Gasleverancier of installateur pas buiten het
gebouw bellen
Corrosiebescherming
Opslag en gebruik van sprays, chloor-houdende
reiningsmiddelen, oplosmiddelen, verf etc. in de
stookruimte van het toestel of bij de luchttoevoer
van het toestel is niet toegestaan. Deze stoffen
hebben een ongunstige invloed op het toestel
en kunnen tot corrosie leiden met storingen tot
gevolg.