Pagina 3
Hoewel deze handleiding met uiterste zorg is samengesteld, kunnen er geen rechten aan worden ontleend. Itho Daalderop behoudt zich het recht producten en handleidingen te wijzigen zonder voorafgaande mededelingen. Door ons continue proces van verbeteren van onze producten kan dit document afwijken van het aan u geleverde product.
1. Veiligheid en voorschriften 1.1. Veiligheid Veiligheidsinstructies moeten worden ● opgevolgd om lichamelijke verwondingen Werkzaamheden aan het ● en/of schade aan het product te ventilatiesysteem mogen uitsluitend door voorkomen. erkende installateurs worden uitgevoerd Onderhoud en reiniging mag alleen ● volgens de in de handleiding vermelde uitgevoerd worden nadat het toestel voorschriften.
Onderhoud aan het toestel wil hierop van toepassing zijn. Dit geldt ook voor andere in de installatie opgenomen producten. verrichten. De overheid adviseert ramen en deuren 1.3. Eisen luchttoevoer- en afvoersysteem te sluiten in geval van calamiteit. Zorg ervoor het elektrisch circuit niet te Het luchttoevoersysteem moet voldoen aan de geldende ●...
2. Productinformatie 2.1. Uitvoeringen Artikel Type Omschrijving Balansventilatie-unit met 03-00500 HRU ECO 300 R warmteterugwinning met randaarde stekker Balansventilatie-unit met 03-00501 HRU ECO 300 P warmteterugwinning met Perilex stekker Balansventilatie-unit met 03-00502 HRU ECO 300 DZ warmteterugwinning met randaarde stekker DUO Zone 2.2.
2.6. Maatschetsen 50 (1) 50 (1) 400 (1) 50 (1) 50 (1) 50 (1) 50 (1) 1) Minimaal vrij te houden ruimte rondom de ventilatie-unit. * Bij montage van de DUO Zone kleppen: + 60mm (boven en onder) Legenda Afvoerlucht uit woning Montagepostie Standaard Aanvoerlucht naar woning Montagepositie Gedraaid...
Het doel van de vorstregeling is het voorkomen dat de Waarschuwing! warmtewisselaar invriest en er geen ventilatie meer kan De HRU ECO 300 moet te allen tijde voorzien zijn van de plaatsvinden. bijpassende filters! Zonder filters kan het toestel onherstelbare Als de temperatuur van de toevoerlucht in de warmtewisselaar te schade oplopen.
2.8. Ventielen ä Let op! De hoeveelheid lucht die moet worden afgezogen is wettelijk Het bouwstof kan de warmtewisselaar beschadigen als er geen geregeld, en de hoeveelheid lucht die moet worden ingeblazen moet filter in het toestel is geplaatst. hiermee in balans zijn. Dat wil zeggen dat er net zoveel lucht moet worden afgevoerd als dat er wordt toegevoerd.
Condensslang Adapters en afdichringen(4x) * HMI-bedieningspaneel Documentatieset * Alleen bij de HRU ECO 300 DUO Zone 2.12. Uitpakken en controleren a) Neem de apparatuur voorzichtig uit de doos. b) Controleer de naamplaatgegevens en het type op juistheid zoals weergegeven op de sticker op de buitenzijde van de doos.
ä Let op! Wanneer de ventilatie-unit gemonteerd is dient de condensafvoer altijd het laagste punt te zijn! Om geluidsklachten te voorkomen, raadt Itho Daalderop aan de kanalen van en naar de verblijfsruimten aan te sluiten met geluiddempers. ä Let op!
3.2. De ventilatie-unit plaatsen 3.2.1. Boormal De verpakkingsdoos van de HRU ECO 300 bevat een boormal. Dit is het deel links van het blauwe vlak. Dit deel kunt u lossnijden en gebruiken als boormal. Op deze boormal staan de te boren gaten al aangegeven (A).
3.2.2. Montageposities Afhankelijk van de montagepositie kan het HMI-bedieningspaneel worden uitgenomen en gedraaid. De ventilatie-unit kan aan de wand, het plafond of op de vloer De pictogrammen (op de bovenzijde en de onderzijde van de worden gemonteerd. ventilatie-unit) geven aan welke kanalen op welke openingen Afhankelijk van de opstelling van de kanalen, kan de ventilatie-unit moeten worden aangesloten.
Pagina 17
ä Let op! waterpas ! Monteer de ventilatie-unit De HRU ECO 300 kan ook worden gemonteerd met behulp van ä Let op! een horizontaal of verticaal montageframe. Zie hiervoor de paragraaf 'Accessoires'. Wanneer de DUO Zonekleppen worden gemonteerd dient rekening te worden gehouden met extra ruimte rondom het toestel.
Pagina 18
3.2.4. Wandmontage liggend De ventilatie-unit kan liggend op de wand worden gemonteerd in twee posities: Standaard en Gedraaid; zie Montageposities. ä Let op! waterpas ! Monteer de ventilatie-unit a) Boor vier gaten in de wand; twee per beugel. Hiervoor kunt u de boormal gebruiken.
Pagina 19
Voorbeeld Standaard montage. a) Bevestig de montagebeugels waterpas aan de muur (pluggen c) Schuif de rechter montagebeugel over de rand van de en bouten niet meegeleverd). ventilatie-unit en schroef hem vast. ä Let op! ä Let op! Draai de bovenste beugel NIET vast, maar zorg er voor dat hij Wanneer de DUO Zonekleppen worden gemonteerd dient opzij geschoven kan worden.
Pagina 20
3.2.5. Plafondmontage ä Let op! Bij deze montagewijze heeft de ventilatie-unit een afschot van minimaal 2° nodig om de condensafvoer goed te laten werken. Het is belangrijk dat ook de condensslang onder afschot richting de condensafvoer wordt gemonteerd. De ventilatie-unit kan maar op één manier tegen het plafond worden gemonteerd;...
Pagina 21
2 moet te allen tijde minimaal 3,3 cm bedragen om voldoende afschot te garanderen. U kunt ook gebruik maken van de Itho Daalderop montageframes. Hierbij wordt het apparaat staand of liggend gemonteerd in plaats van op de vloer.
b) Schroef het ophoogmateriaal pas vast aan de vloer wanneer u ä Let op! zeker bent dat de afmetingen en het benodigde afschot correct zijn (pluggen en bouten niet meegeleverd). De kanalen dienen bij voorkeur onder afschot (richting c) Boor vier gaten in het materiaal waarmee het toestel wordt ventilatie-unit) te worden gemonteerd.
3.3.1. Aanvoerlucht van buiten Goed Via deze tuit zuigt de ventilatie-unit buitenlucht aan. Dit kanaal moet thermisch en dampdicht geïsoleerd zijn om condensatie aan de buitenzijde van het kanaal te voorkomen. 3.3.2. Aanvoerlucht naar woning (2x) Via deze tuit voert de ventilatie-unit de opgewarmde lucht naar de woning aan.
3.4. Montage van de DUO Zone kleppen De DUO Zone kleppen dienen altijd te worden gemonteerd op de toevoer naar de woning, op het toestel wordt aangegeven met het symbool links. Daarnaast dient de klep met de aanduiding SLEEPING op de aansluiting naar de slaapzone te worden gemonteerd.
3.5. Koppelen van de DUO Zone kleppen ä Let op! Voordat de kleppen aangesloten kunnen worden dient het toestel spanningsloos te zijn geweest. De klep met de aanduiding SLEEPING dient op de aansluiting naar de slaapzone te worden gemonteerd. De klep met de aanduiding LIVING dient op de aansluiting naar de woonzone te worden gemonteerd. L I V I N G De kabellengte van de kabel tussen de klep en de aansluiting op de ventilatie-unit is 2,4meter.
3.6. Aansluiten condensafvoer c) Voer de flexibele slang naar een sifon waarmee ten minste 50 ä mm waterslot kan worden gecreëerd. Zorg dat de slang diep Let op! genoeg in de sifon steekt (minimaal 30 mm onder water). Monteer de condensslang onder afschot richting de condensafvoer.
3.7. Montage bedieningspaneel 3.8. Elektrisch aansluiten Monteer het bedieningspaneel (HMI: Human Machine Interface) op De ventilatie-unit kan op verschillende manieren elektrisch worden de volgende manier: aangesloten. a) Sluit de kabel van de ventilatie-unit aan op het Met een randaardestekker. ● bedieningspaneel.
. De ventilatie-unit staat af fabriek standaard in de automatische De hoogste ventilatiewens blijft leidend. stand. Met behulp van de Itho Daalderop accessoires, zoals de draadloze bedieningsschakelaar, de sensoren of de Spider Opmerking...
De bedieningsschakelaar met twee standen, een automatische stand en een timerfunctie kan ook gebruikt worden tijdens de inbedrijfstelling van de HRU ECO 300 DUO Zone. De schakelaar heeft dan andere functies. Zie hiervoor de betreffende paragraaf: Inleiding op pagina 39 .
4.4. Bedieningspaneel 4.5. Opstarten Het toestel is voorzien van een bedieningspaneel (HMI: Human Tijdens het opstarten wordt het volgende scherm getoond: Machine Interface). De led-indicator is uit. Binnen 1 minuut verschijnt het statusscherm en is het toestel in bedrijf. Legenda Scherm Selecteren / OK Terug / Afbreken...
4.6. Bedrijfsstatus De iconen in het bovenste deel van het scherm betekenen het volgende: Tijdens normaal bedrijf staat het scherm in stand-by. Dit betekent Icoon Omschrijving dat het scherm is uitgeschakeld. Timer Door op een willekeurige knop te drukken wordt het scherm actief. De ventilatie-unit is gedurende een instelbare periode ingeschakeld in hoogstand.
4.7. Informatiemenu 4.8. Configuratie-instellingen Door in de bedrijfsstatus op de knop Vooruit Achteruit te drukken Door in de bedrijfsstatus op de knop te drukken worden de wordt het informatiemenu getoond. configuratie-instellingen getoond. TOUT De led-indicator knippert rustig blauw. De led-indicator brandt continu geel. In het informatiemenu worden drie actuele metingen weergegeven.
4.8.1. Configuratiemenu Temperatuur 4.8.2. Configuratiemenu Ventilatie In het configuratiemenu Temperatuur kunnen de volgende In het configuratiemenu Ventilatie kunnen de volgende instellingen instellingen worden aangepast: worden aangepast: Symbool Eenheid Omschrijving Symbool Eenhei Omschrijving TDES °C Temperatuur waarbij de byassklep actief wordt. LVL1 Gewenst toerental in ventilatiestand 1 (laagstand).
4.8.3. Configuratiemenu Filter 4.8.4. Configuratiemenu Communicatie In het configuratiemenu Filter kunnen de volgende instellingen In het configuratiemenu Communicatie kunnen de volgende opties worden aangepast: worden gekozen: Symbool Omschrijving Symbool Omschrijving CLEAN Resetten teller na schoonmaken van beide filters. LEARN Aanmelden/afmelden van één bediening of sensor. CLEAR Afmelden van ALLE aangemelde bedieningen en 0 = Uit (standaard) | 1 = Reset filterwaarschuwing W01...
ä Let op! bedieningsschakelaars aan te melden. Het aanmelden van sensoren en bedieningen werkt anders bij de HRU ECO 300 DUO Zone! Zie hiervoor de paragraaf De aanmelding kan op twee manieren niet slagen: Inbedrijfstelling. Geen signaal. De ventilatie-unit ontvangt binnen twee minuten na het starten van de timer geen aanmeldsignaal.
5.1.2. Aanmelden CO2- en RV-sensor De aanmelding kan op twee manieren niet slagen: De CO -sensor en de RV-sensor kunnen op dezelfde manier worden Geen signaal. aangemeld: De ventilatie-unit ontvangt binnen twee minuten na het starten Meld de sensor aan op de volgende manier: van de timer geen aanmeldsignaal.
5.2. Afmelden alle bedieningsschakelaars/ sensoren Afmelding annuleren. Opmerking De afmelding wordt afgebroken door, tijdens de timer, geen knop in Bedieningsschakelaars en sensoren moeten na een CLEAR ALL- te drukken. afmelding opnieuw worden aangemeld. In het scherm verschijnt de melding ABORT. a) Kies de optie CLEAR ALL in het configuratiemenu...
Let op! Noteer de afzuigdebieten. De HRU ECO 300 is zo ingesteld dat de vorstklep de eerste tien k) Regel de verhouding van de afzuigdebieten zodat ze dagen open staat om ook de opstellingruimte te ventileren.
Pijl omhoog: Hoger / Omhoog Ronde pijl: Terug Bij de Inbedrijfstelling van de HRU ECO 300 DUO Zone dienen de volgende taken te worden uitgevoerd: Op de HMI worden de pijl toetsen gebruikt voor minder/omlaag en Stap A: Koppelen bediening en sensoren meer/omhoog gebruikt.
Pagina 40
Stap B: Inregelen debieten en toerentallen: a) Het ventilatiedebiet van de toevoer per zone dient te worden ingevoerd. b) De toevoer naar de woonzone dient te worden ingeregeld: Het toerental van de ventilator dient te worden afgesteld. 2. De ventielen dienen te worden afgesteld. c) De toevoer naar de slaapzone dient te worden ingeregeld: Het toerental van de ventilator dient te worden afgesteld.
5.3.3.2. Koppelen van sensoren en bedieningen ä Let op! Voordat u een sensor of bediening aan het toestel gaat koppelen dient u eerst een 'Clear All' uit te voeren. Dit voorkomt eventuele problemen bij het koppelen. Zie hiervoor de paragraaf Afmelden alle bedieningsschakelaars/sensoren op pagina 37 . Inregelen Stap A Opmerking Het is verstandig om de unit op 2100 toeren te zetten voordat u met de inbedrijfstelling begint.
Pagina 42
Om het menu te activeren dient u eerst op het vinkje (V) op de HMI te drukken. Navigeer nu met de pijl toetsen op de HMI naar de menu-optie Setup. Het volgende scherm verschijnt: Vervolgens zal het koppelingsmenu eruitzien zoals hieronder: «...
Pagina 43
Bevestig op de HMI of RFT. Het menu gaat naar de volgende stap (het koppelen van de sensoren voor de toevoer) (zie de figuur hieronder). Hier dient minimaal één CO2-sensor te worden gekoppeld (per zone). De CO -sensor koppelt u aan de ventilatie-unit op de CO -sensor: A: Breng de sensor onder spanning door de kap met printplaat van de sensor terug te plaatsen op de bedrade onderkap.
Pagina 44
« co2 s LEARN Koppeling CO -sensoren slaapruimte (sleeping) Bevestig op de HMI of de RFT. De ventilatie-unit toert op. afvoer regelen, gekoppeld Hierna volgt de laatste stap van het koppelen. Nu kunnen alle extra sensoren en bedieningen, die de worden.
5.3.3.3. Ventilatiedebieten invoeren en toerentallen inregelen Inregelen Stap B Als eerste zullen de ventilatiedebieten van de toevoer per zone en de afvoer ingevoerd worden op de HMI. Daarna zullen de toerentallen van de toevoerzones ingeregeld worden. Vervolgens berekent de unit het minimum toerental voor de afvoer.
Pagina 46
« Bevestig rturn m3/h Stel de ventilatiedebieten in volgens de berekening van de afvoer. Druk nogmaals op het vinkje (V) of op de timer knop . Nu kunnen de toerentallen en ventielen ingeregeld worden. Op de HMI gaat dit met de pijl toetsen (pijl naar beneden is lager en pijl naar boven is hoger).
5.3.3.4. Controle inbedrijfstelling Men moet kunnen controleren of het systeem aan regelgevingen voldoet qua geluid en debieten en daar zijn controlestanden voor nodig. Druk op het vinkje. Navigeer naar het Configuratiemenu. ® « ® ZONE check In dit menu dient een gewenst debiet ingevuld te worden. Dit kan op 5 m³/h nauwkeurig zoals het inregelen. Standaard begint dit getal bij de som van de debieten van beide toevoerzones.
6. Inspectie en onderhoud De correcte werking van het ventilatiesysteem, het vermogen en de ä Let op! levensduur kunnen alleen worden gegarandeerd als het systeem volgens de onderstaande voorschriften wordt geïnspecteerd en Wanneer het ventilatiesysteem functioneert onder zware onderhouden. Deze voorschriften zijn gebaseerd op normale bedrijfsomstandigheden of in een extra vervuilde omgeving kan bedrijfsomstandigheden.
Waarschuwing! Dit kunt u 3 keer doen. Daarna geeft de unit aan dat de filters De HRU ECO 300 moet te allen tijde voorzien zijn van de vervangen moeten worden (New) W02 op het display. bijpassende filters! Zonder filters kan het toestel onherstelbare W02: Nieuwe filter plaatsen en resetten W02.
Inspectie- en onderhoudsschema . ä Waarschuwing! De HRU ECO 300 moet te allen tijde voorzien zijn van de d) Inspecteer de filters visueel op vervuiling. Als de filters vuil zijn, bijpassende filters! Zonder filters kan het toestel onherstelbare moeten ze worden gereinigd of vervangen.
6.5. Resetten filterwaarschuwing Wijzig de waarde met de pijl Omhoog Omlaag naar Nadat de filters zijn gereinigd of vervangen, zal de g) Druk op het vinkje. De filterwaarschuwing wordt nu gereset. filterwaarschuwing nog steeds worden getoond. h) Het scherm gaat terug naar het menu Filter. Reset de filterwaarschuwing op de volgende manier: a) Activeer de HMI.
6.6. Schoonmaken of vervangen sensoren Het kan voorkomen dat de sensoren vervuilen en daardoor Bij een dergelijke foutmelding dient de sensor schoongemaakt, minder goed of niet meer functioneren. Er verschijnt dan een of vervangen, te worden. De sensoren hangen in de toe- of foutmelding op de HMI.
7. Storingen 7.3. Vergrendeling Het toestel kent drie soorten storingsmeldingen die getoond worden op het scherm, namelijk: Waarschuwing, Blokkering De led-indicator knippert snel rood. ● Vergrendeling. In de bedrijfsstatus is een vergrendeling herkenbaar aan de ● code die begint met de letter E. 7.1.
7.5. Diagnose storingsmeldingen Filters reinigen. Beide filters moeten worden schoongemaakt. Oorzaak Oplossing De filters zijn vervuild. Reinig beide filters met een ● stofzuiger. De filters kunnen 180° gedraaid ● worden en nogmaals worden gebruikt. Filters vervangen. Beide filters moeten worden vervangen. Oorzaak Oplossing De levensduur is verstreken.
Pagina 55
Sensorfout Temperatuursensor afvoerlucht naar buiten De temperatuursensor (afvoerlucht naar buiten) is open of kortgesloten. Oorzaak Oplossing De sensor functioneert niet goed of is Controleer de weerstand van de ● defect. sensor (ongeveer 2.7 KOhm is correct bij 20°C). Vervang de sensor. ●...
Pagina 56
Vorstklep fout. De vorstklep beweegt niet. Oorzaak Oplossing De vorstklep is niet of niet goed Sluit de vorstklep aan. ● aangesloten. De bekabeling los of niet goed ingestoken. Sluit de bekabeling goed aan. ● Vervang de bekabeling. ● De vorstklep is defect. Vervang de vorstklep.
Pagina 57
Communicatiefout. De HMI werkt niet correct. Oorzaak Oplossing De HMI is defect. Vervang de HMI. ● Klokfout. De HMI werkt niet correct. Oorzaak Oplossing De HMI is defect. Vervang de HMI. ●...
7.6. Diagnose algemene storingen Beide ventilatoren draaien niet meer Oorzaak Oplossing De stekker van de ventilatie-unit zit niet in een Steek de stekker in een wandcontactdoos. ● wandcontactdoos. b) Er staat geen spanning op de wandcontactdoos. Herstel de spanning op de ●...
Pagina 59
De ventilatie-unit reageert niet (meer) op de bedieningsschakelaar. Oorzaak Oplossing a) De vorstregeling is actief. Wacht tot de buitentemperatuur ● voldoende stijgt. b) De bedieningsschakelaar is niet (meer) Meld de bedieningsschakelaar aan. ● aangemeld op de ventilatie-unit. Controleer de signaalsterkte tijdens de aanmelding.
Pagina 60
Wanneer de laagstand wordt geactiveerd, gaat de ventilator in de hoogstand draaien/wanneer de hoogstand/timerstand wordt geactiveerd, gaat de ventilator gaat in de laagstand draaien Oorzaak Oplossing a) Een temperatuursensor van de ventilatie-unit Vervang de defecte temperatuursensor. ● zelf is defect. De ventilator gaat (zonder duidelijke reden) plotseling veel harder of zachter draaien Oorzaak Oplossing...
Pagina 61
De ventielen maken geluid Oorzaak Oplossing Er is geen geluidsdemper gemonteerd in de Monteer een geluidsdemper in de ● kanalen naar de woning. kanalen naar de woning. b) De ventielen zijn niet goed ingeregeld. Zet de ventilatie-unit in de ● inbedrijfstellingsstand en regel het systeem opnieuw in.
9. Garantie Voor alle Itho Daalderop producten geldt een standaard fabrieksgarantie van twee jaar. Binnen deze termijn wordt het product of de onderdelen daarvan kosteloos gerepareerd of vervangen. De fabrieksgarantie wordt verlengd met drie of vijf jaar onderdelengarantie door het product binnen twee maanden na de...
EG-verklaring van overeenstemming Itho Daalderop Group BV Postbus 7 4000 AA Tiel Nederland Ventilatie-unit met warmteterugwinning - HRU ECO 300 R / P / DZ ● Ventilatie-unit met warmteterugwinning - APure Vent D250 R / W / RDZ ● Richtlijnen...
Pagina 66
Nederland Itho Daalderop Admiraal de Ruyterstraat 2 3115 HB Schiedam E idsupport@ithodaalderop.nl I www.ithodaalderop.nl Uitsluitend installateurs: T 010 427 85 65...