Inhoudsopgave
Advertenties
4 Het toestel programmeren – DELETE & EXCLUDE
In bepaalde gevallen (zoals een wijziging van de installatieplaats, of de vervanging van een beschadigd toestel) is het nodig
om het toestel te verwijderen uit het geheugen van de bedieningsapparaten (verwijdering van de toewijzing aan toetsen – DELETE)
en uit het netwerk (EXCLUDE) om zo fouten bij het verzenden van commando's (naar onbestaande toestellen) en overmatige
ontlading van de batterijen van draagbare bedieningsapparaten te vermijden.
Verwijder de toestellen niet fysiek uit het netwerk zonder ze eerst met de functies DELETE en EXCLUDE uit het geheugen
van de bedieningsapparaten te verwijderen. Zo niet, kan dit leiden tot een aanzienlijke vertraging van de werking van de
toestellen in het netwerk en kan er een snelle ontlading van de batterijen van de draagbare bedieningsapparaten ontstaan.
De volgorde waarin de functies worden uitgevoerd, is eveneens van groot belang. Eerst moet de functie DELETE worden uitgevoerd,
en pas op het einde de functie EXCLUDE.
1.
Verwijder de toewijzing van het toestel aan een toetsenpaar ("DELETE"). Na uitvoering van de functie „DELETE" maakt
het toestel nog steeds deel uit van het netwerk en dit tot de functie "EXCLUDE" is uitgevoerd.
DELETE
1
Daarna binnen
1 seconde
Afbeelding 4: de ZWS-aandrijving van het gekozen toetsenpaar op het bedieningssysteem verwijderen.
2.
Verwijder het toestel ("EXCLUDE") uit het Z-Wavenetwerk. Een toestel dat uit het netwerk is verwijderd, heeft geen
nummer (Node ID) en kan aan een ander netwerk worden toegevoegd. Deze status wordt op de servomotor aangegeven door
de netwerkstatusdiode (LED nr. 2), die ononderbroken brandt. Het toestel maakt geen deel van een netwerk meer uit.
EXCLUDE
Afbeelding 5: een ZWS-aandrijving uit het Z-Wave-netwerk verwijderen
In de handleidingen van de apparaten vindt u informatie over hoe de functies "Delete" en "Exclude" kunnen
worden opgestart en uitgevoerd met behulp van bedieningsapparaten van andere producenten.
12.09.03 NC814-NL
1. Druk binnen 1 seconde opeenvolgend op de onderstaande toetsen:
- Druk kort op „ IN/EX " en daarna
- op een van de toetsenparen waarvan u het toestel wilt verwijderen
(bv. 2).
x2
2. Het bedieningsapparaat geeft aan dat het gereed is om de
toewijzing van het toestel te verwijderen (de diodes (2, 3, 4) branden
10 seconden).
3. Druk gedurende 1 seconde op de programmeerknop op de
servomotor.
4. Het bedieningsapparaat geeft aan dat de toewijzing correct
verwijderd is (de diodes (2,3,4) branden 2 seconden).
2
x1
1. Druk tweemaal kort op de knop "In/Ex" op het bedieningsapparaat.
2. Het bedieningsapparaat geeft aan dat het wacht op informatie over het
toestel dat uit het netwerk moet worden verwijderd (de interne diodes
(2,3) branden ong. 10 sec.).
x1
1
3. Druk gedurende 1 seconde op de programmeerknop op de servomotor.
x1
4. De correcte verwijdering van het toestel uit het netwerk wordt als
volgt aangegeven:
- door het bedieningsapparaat (de twee diodes (1,4) branden 2 sec.)
- door de servomotor (de netwerkstatusdiode LED 2 brandt)
Daarna binnen
10 seconden
2
Daarna binnen
10 seconden
Gedurende 1
seconde indrukken
x1
5/8
Gedurende 1
seconde indrukken
©2012, FAKRO
Advertenties
Inhoudsopgave
