1.9. Eisen rookgasafvoersysteem
●
Het rookgasafvoersysteem moet voldoen aan de geldende
voorschriften.
●
Toestelafhankelijke eisen en materialen zijn te vinden in het
hoofdstuk INSTALLEREN.
●
Het rookgasafvoersysteem moet bij horizontale leidingen altijd
op afschot richting het toestel worden gemonteerd. Houd hierbij
3 graden (circa 50mm per meter buislengte) aan voor een
correcte afvoer van het condens.
●
Pas een condensscheiding toe:
-
Bij gebruik van aluminium rookgaskanalen, indien het
kanaal langer is dan 5 meter.
-
Bij gebruik van roestvast stalen rookgaskanalen, indien het
kanaal langer is dan 2 meter.
-
Op een overgang tussen twee verschillende materialen.
●
Beugel iedere bocht op de mof, met uitzondering bij aansluiting
aan toestel:
-
Indien de verbindingsleiding voor en na de eerste bocht
korter is dan 0.25 m, dan kan de beugel bij de eerste bocht
achterwege blijven.
-
De eerste beugel wordt in ieder geval geplaatst op
maximaal 0.5 m vanaf het toestel.
●
Horizontale leiding en niet verticale leiding: maximale
beugelafstand 1 m. Bij trekvaste verbindingen bedraagt de
maximale beugelafstand 2 m. Verdeel lengten tussen beugels
gelijkmatig.
●
Verticale leiding: maximale beugelafstand 2m. Verdeel lengten
tussen beugels gelijkmatig.
●
Beugel het laatste element van de verbindingsleiding voor de
doorvoer/schacht. Indien dit laatste element een bocht is, kan
ook het voorliggende element gebeugeld worden.
●
Pas de voorgeschreven beugels van de fabrikant toe.
●
Voorkom het beschadigen van de afdichtringen door haaks af te
korten en te ontbramen. Bij trekvaste verbindingen volg de
instructies van de fabrikant.
●
Verboden te kitten, schuimen of plakken.
●
Gebruik geen vet, (zuurvrije) vaseline of olie.
●
Monteer spanningsvrij.
●
Mix geen elementen (componenten) van verschillende
materialen en/of fabricaten , anders dan toegelaten door de
fabrikant.
●
Enkelwandig metalen rookgasafvoersysteem:
-
Materiaal volgens EN 1856-1/2, P1, W.
-
Aluminium (dikwandig) of roestvast staal.
-
Maximale rookgastemperatuur 200°C.
-
Controleer bij schachtaansluitingen of de leiding niet
geblokkeerd is, of de leiding onbeschadigd is, of de leiding
onder het juiste afschot is geïnstalleerd. Maak duidelijk wat
de rookgasafvoer/luchttoevoer is, controleer of de stompen
minimaal 50mm uit de schacht steken.
-
Verbindingen nooit borgen met schroeven.
-
De minimale insteeklengte van moffen en spie-einden is
40mm.
●
Enkelwandig metalen rookgasafvoersysteem in schachten:
-
Aluminium (dikwandig) of roestvast staal.
-
Maximale rookgastemperatuur 200°C.
-
Horizontale leiding : deze leiding dient voldoende uit de
schachtwand te steken zodat brandwerende voorzieningen
aangebracht kunnen worden en er nog 50mm omsteek
mogelijk is voor de aansluitleiding van het toestel.
-
Verticale leiding: maximale beugelafstand 3m. Verdeel
eventueel lengten tussen beugels gelijkmatig. Bij trekvaste
verbindingen maximaal de afstand volgens instructies van
de fabrikant.
-
Voorkom verslepingen in schachten. Beugel iedere bocht op
de mof: maximale beugelafstand 1m. Bij trekvaste
verbindingen maximaal de afstand volgens instructies van
de fabrikant.
-
Verbindingen nooit borgen met schroeven.
-
De minimale insteeklengte van moffen en spie-einden is
40mm.
●
Concentrisch rookgasafvoersysteem:
-
Aluminium (dikwandig) of roestvast stalen binnenpijp.
-
Aluminium (dikwandig), roestvast stalen of kunststof
buitenpijp.
-
Maximale rookgastemperatuur 200°C voor metalen
binnenpijp.
-
Controleer bij schachtaansluitingen of de leiding niet
geblokkeerd is, of de leiding onbeschadigd is, of de leiding
onder het juiste afschot is geïnstalleerd. Maak duidelijk wat
de rookgasafvoer/luchttoevoer is, controleer of de stompen
minimaal 50mm uit de schacht steken.
-
Verbindingen van de buitenpijp mogen geborgd worden met
schroeven. Gebruik bij een kunststof buitenpijp uitsluitend
door de fabrikant voorgeschreven schroeven.
-
Steek de componenten maximaal in elkaar.
11