12. Apparaat reinigen
• De meetsensor is het gevoeligste onderdeel van de thermometer. Ga bij het reini-
gen van de meetsensor zeer voorzichtig te werk.
• Gebruik geen agressieve schoonmaakmiddelen.
• Neem altijd de veiligheidsrichtlijnen voor de gebruiker en het apparaat in acht.
w 3. Waarschuwingen en veiligheidsrichtlijnen
Reinig de meetsensor na elk gebruik. Gebruik daarvoor een zachte doek of een wattenstaafje,
eventueel bevochtigd met een desinfecterend middel of 70% alcohol.
Gebruik voor het reinigen van het gehele apparaat een zachte, licht met zeepsop bevochtigde
doek. Er mag in geen geval water in het apparaat binnendringen.
Gebruik het apparaat pas weer wanneer het helemaal droog is.
13.
Apparaat bewaren
Bewaar of gebruik het apparaat niet bij een te hoge of te lage temperatuur of luchtvochtigheid
(w 15. Technische gegevens), in zonlicht, in combinatie met elektrische stroom of in stoffige
ruimten. Dit kan anders leiden tot onnauwkeurige metingen.
Verwijder de batterijen als u het apparaat langere tijd wilt opbergen.
14. Apparaat verwijderen
Met het oog op het milieu mag het apparaat aan het einde van zijn levensduur niet met het
gewone huisvuil worden weggegooid.
U kunt het apparaat inleveren bij gespecialiseerde inzamelpunten in uw land.
30