8
Voorbereiden van de kachel voor achteraanslui-
ting
Voor de aansluiting van een aansluitpijp wordt de dekplaat op de
volgende manier verwijderd:
1.
De dekplaat achter op de kachel wordt losgeschroefd met de
bijgeleverde sleutel (zie servicepakket).
2.
De dekplaat wordt een paar keer heen en weer bewogen waar-
door hij loslaat en kan worden verwijderd.
De bevestigingspunten in het warmteschild worden met een
3.
tang geknipt en de plaat wordt verwijderd.
Bevestigingspunt
4.
De gietijzeren kop wordt
van binnenuit losgemaakt
en verwijderd.
Deze wordt later gebruikt
als afdichting en deksel
boven in de rookuitgang.
De dekplaat wordt in het gat van de topplaat gelegd.
6.
Als u hebt gekozen voor de Scan 50-5 of de 50-5 Maxi kan de kachel
niet worden geïnstalleerd met de achteraansluiting.
M O N TA G E
5.
De
losse
aansluitkraag
wordt van buitenaf op zijn
plaats geschroefd met het
bijgeleverde beslag en de
pakking uit het servicepak-
ket.
Verse lucht toevoer
In een goed geïsoleerd huis moet de lucht die verbrand wordt, wor-
den vervangen. Dit is vooral belangrijk in een huis met mechanische
ventilatie. Dit kan op verschillende manieren. Het belangrijkste is
dat er in de ruimte waar de kachel geplaatst is, een toevoer van
lucht is. De klep in de buitenmuur moet zo dicht mogelijk bij de
kachel zijn geplaatst en moet afgesloten kunnen worden wanneer
de kachel niet gebruikt wordt.
Er zijn twee soorten luchttoevoer:
Lucht van buiten (verseluchtaansluiting).
Lucht die rechtstreeks in de verbrandingskamer stroomt (gesloten
verbranding).
Houd u aan de nationale en lokale bouwvoorschriften als het gaat
om de aansluiting van de verseluchtinlaat.
Verseluchtaansluiting monteren
De Scan 50 en de Scan 50 Maxi kunnen worden aangesloten met
behulp van een verseluchtaansluiting. De installatie van de ver-
seluchtaansluiting wordt hieronder weergegeven.
Gesloten verbranding
Is er gekozen voor de Scan 50 en de Scan 50 Maxi met gesloten
verbranding, dan wordt er een ventilatiebuis van Ø100 mm voor de
installatie gebruikt.
De ventilatiebuis mag niet met een klep gesloten kunnen worden.
•
Ø100 mm ventilatiebuis, max. lengte: 6 m. met max. 1 bocht.