Een route verwijderen
1
Selecteer
> Routes op de afstandsbediening.
Er wordt een lijst met de tien dichtstbijzijnde routes
weergegeven.
2
Selecteer een route.
3
Selecteer Delete.
Sporen
Een spoor (track) is een registratie van de door uw boot
afgelegde weg. Het spoor dat momenteel wordt geregistreerd is
het actieve spoor. Dit kan worden opgeslagen. U kunt maximaal
vijftig tracks opslaan.
Wanneer u de trollingmotor op een kaartplotter aansluit, worden
de actieve track en de opgeslagen tracks op de kaartplotter
gesynchroniseerd met de actieve tracks en de opgeslagen
tracks op de trollingmotor. Door actieve en opgeslagen tracks op
het ene toestel toe te voegen, te verwijderen of te bewerken,
worden de actieve en opgeslagen tracks op het andere toestel
automatisch gewijzigd.
De actieve track opslaan
De track die momenteel wordt geregistreerd, wordt de actieve
track genoemd. U kunt de actieve track opslaan en later langs
deze route navigeren.
U kunt maximaal 50 tracks opslaan op de trollingmotor.
1
Selecteer op de afstandsbediening de optie
Save Active Track.
De actieve track wordt opgeslagen met de huidige datum als
de naam van de track.
2
Wijzig de naam van de opgeslagen track (optioneel).
De actieve track wissen
Selecteer
> Tracks > Clear Active Track.
Het spoorgeheugen wordt gewist, maar het huidige spoor
wordt wel opgeslagen.
Naar het begin van de actieve track navigeren
Het spoor dat momenteel wordt geregistreerd, wordt het actieve
spoor genoemd. U kunt vanaf uw huidige positie langs de route
die u hebt afgelegd terug navigeren naar het vertrekpunt van de
actieve track.
1
Selecteer
> Tracks > Backtrack.
2
Schakel de schroef in
(De schroef in- en uitschakelen,
pagina
5).
De trollingmotor navigeert langs de route die u hebt afgelegd
terug naar het vertrekpunt van de actieve track
pagina
8).
Navigeren met een opgeslagen spoor
1
Selecteer
> Tracks > Saved Tracks.
Er wordt een lijst met de tien dichtstbijzijnde opgeslagen
tracks weergegeven.
2
Selecteer een opgeslagen spoor.
3
Selecteer Navigate To.
4
Selecteer een optie:
• Selecteer Forward om vanaf het begin van de
opgeslagen track naar het einde van de track te
navigeren.
• Selecteer Backward om vanaf het einde van de
opgeslagen track naar het begin van de track te
navigeren.
5
Schakel de schroef in
(De schroef in- en uitschakelen,
pagina
5).
De trollingmotor vaart langs de opgeslagen track in de
gekozen richting
(Navigeren, pagina
8
> Tracks >
(Navigeren,
8).
Details opgeslagen track weergeven
1
Selecteer op de afstandsbediening de optie
Saved Tracks.
Er wordt een lijst met de tien dichtstbijzijnde opgeslagen
tracks weergegeven.
2
Selecteer een opgeslagen spoor.
3
Selecteer Review.
De naam van een opgeslagen track bewerken
1
Selecteer op de afstandsbediening de optie
Saved Tracks.
Er wordt een lijst met de tien dichtstbijzijnde opgeslagen
tracks weergegeven.
2
Selecteer een opgeslagen spoor.
3
Selecteer Edit.
4
Voer een nieuwe naam in voor de opgeslagen track.
Een opgeslagen spoor verwijderen
1
Selecteer op de afstandsbediening de optie
Saved Tracks.
Er wordt een lijst met de tien dichtstbijzijnde opgeslagen
tracks weergegeven.
2
Selecteer een opgeslagen track.
3
Selecteer Delete.
Navigeren
Voordat u kunt navigeren, moet u de trollingmotor kalibreren
trollingmotor kalibreren, pagina
De trollingmotor maakt gebruik van GPS om de boot naar een
waypointlocatie te sturen of om langs een route of track te
navigeren.
1
Selecteer op de afstandsbediening een van deze opties:
• Begin met navigeren naar een opgeslagen waypoint
een waypoint navigeren, pagina
• Begin met het navigeren langs een opgeslagen route
route navigeren, pagina
• Begin met het volgen van de actieve track
van de actieve track navigeren, pagina
• Begin met het navigeren langs een opgeslagen track
(Navigeren met een opgeslagen spoor, pagina
OPMERKING: U kunt de trollingmotor ook gebruiken om
Auto Guidance paden te volgen wanneer navigatie wordt
gestart vanaf een aangesloten kaartplotter. Raadpleeg de
gebruikershandleiding van uw kaartplotter voor meer
informatie.
Navigating wordt weergegeven op het scherm van de
afstandsbediening en de trollingmotor stuurt de boot
automatisch naar de bestemming.
2
Pas de snelheid indien nodig aan.
Navigatie onderbreken en hervatten
1
Selecteer tijdens het navigeren een van deze opties op de
afstandsbediening:
• Selecteer
> Standby om de navigatie te onderbreken
terwijl u met dezelfde snelheid en in dezelfde richting
verder vaart.
• Selecteer
als u de navigatie wilt onderbreken en de
ankervergrendeling wilt inschakelen
Het navigatiesysteem stopt en de trollingmotor keert terug
naar de handmatige modus of behoudt uw positie met
ankervergrendeling.
2
Selecteer
> Follow Route of druk op
hervatten.
3
Schakel indien nodig de schroef in.
> Tracks >
> Tracks >
> Tracks >
2).
7).
7).
(Naar het begin
8).
8).
om de navigatie te
Bediening
(De
(Naar
(Een