Het vermogen door de lier naar de kabeltrommel wordt
geregeld door een KABEL-IN en een KABEL-UIT ko-
ppeling. Wanneer de KABEL-IN koppeling wordt ge-
activeerd, draait de trommel om de kabel in de lier te
trekken. Wanneer de KABEL-UIT koppeling wordt geac-
tiveerd, draait de trommel zodat de kabel van de lier get-
rokken kan worden waarbij de snelheid wordt bepaald
door het toerental van de motor.
Als de bedieningshendel zich in de REM-AAN positie
bevindt, wordt automatisch een olierem ingeschakeld
2
door een veer om de trommel in positie te houden. Als
de bedieningshendel wordt bewogen om een van de ko-
ppelingen te activeren, wordt de rem gelost met dezelfde
oliedruk waarmee de koppeling wordt aangestuurd. In
het geval dat hydraulische druk wegvalt, blijft de rem ac-
tief en de lier zal niet draaien.
De lier van het type W12E heeft een nominale trekca-
paciteit van 533.800 N (120.000 lbf) met één laag kabel
op de trommel.