Inhoudsopgave
Advertenties
In de onderstaande tabel worden de menupunten weergegeven. Gedetailleerde beschrijvingen vindt u in de
hoofdstukken
4.3
Kalibratie,
Menupunt
Tekst
Kalibratie
M-01
Nulpuntkalibratie
M-02
Toon testgasconcentratie
M-03
Kalibratie instellen
M-04
Sensor vervangen
M-05
Lcd- en ledtest
M-06
M-07
Lustest
Toestelinformatie
M-08
Sensorinfo
M-09
Bereik wijzigen
M-10
M-14
Dode band (nulpuntscherm)
Alarmreset
M-00
4.3
Kalibratie
WAARSCHUWING!
De voor kalibratie gebruikte testgassen vormen mogelijk een gezondheidsrisico. Zorg voor een goede
ventilatie of afzuiging.
Het niet opvolgen van deze waarschuwing kan leiden tot ernstig persoonlijk letsel of de dood.
Algemeen
De kalibratie moet met regelmatige tussenpozen worden uitgevoerd, overeenkomstig de geldende nationale
en regionale voorschriften.
Het toestel wordt in de fabriek gekalibreerd. Het wordt echter aanbevolen om het toestel na de installatie
opnieuw te kalibreren. De regelmaat van de kalibratie hangt van de gebruiksduur en de chemische
blootstelling van de sensor af. Nieuwe sensoren moeten vaker worden gekalibreerd totdat het duidelijk is dat
de kalibratiegegevens zich hebben gestabiliseerd. Gebruik geschikte regelaars en leidingen voor de
kalibratie.
Indien veel stof of waterverontreiniging wordt verwacht, moeten de kalibratie-intervallen worden verkort.
Blootstelling aan polaire oplosmiddelen kan de reactie van de katalytische sensoren voor brandbare gassen
op waterstof en koolwaterstoffen verminderen, wat kan leiden tot foutief lage waarden voor waterstof en
koolwaterstoffen. Kalibratie van de sensors met een surrogaatgas zal de vermindering van de respons niet
detecteren. Klanten die de katalytische sensoren voor brandbare gassen gebruiken om waterstof en
koolwaterstoffen te detecteren in een omgeving die polaire oplosmiddelen kan bevatten, moeten:
•
Kalibreer hun sensoren met het doelgas. Gebruik geen surrogaatgas voor kalibratie.
•
Na blootstelling aan polaire oplosmiddelen de sensor opnieuw worden gekalibreerd met het
doelgas, onafhankelijk van de kalibratie-interval. 24 uur na de kalibratie moet een gas-
/functiecontrole worden uitgevoerd om de respons en de nauwkeurigheid van de sensor te
controleren.
NL
4.4 Onderhoud en informatie
PrimaX
en
4.5
Wachtwoord.
Wachtwoord?
Ja
Ja
Nee
Ja
Ja
Nee
Ja
Nee
Nee
Ja
Ja
Ja
4 Werking
20
Advertenties
Inhoudsopgave
