10 Onderhoud
8. Druk circa 3 seconden op de toets F4 om te bevestigen en de servicemelding te resetten.
Het display toont DONE. De servicemelding is gereset.
9. Druk enkele keren op de toets F1 om naar het beginscherm terug te keren.
10.3
Periodieke controle en onderhoudsprocedure
Waarschuwing
Voor het uitvoeren van enige werkzaamheden moet u zich ervan verzekeren dat de ketel niet op de netvoeding is
aangesloten. Zodra de onderhoudswerkzaamheden zijn voltooid moet u de ketel resetten naar de oorspronkelijke
bedrijfsparameters als die gewijzigd zijn.
Gevaar
Neem in geval van onderhoud/demontage van een op een overdruk-CLV geïnstalleerde ketel, de vereiste
voorzorgsmaatregelen om te voorkomen dat rookgassen van andere op het CLV-kanaal geïnstalleerde ketels in de
ruimte komen waar de ketel geïnstalleerd is.
Waarschuwing
Wacht totdat de verbrandingskamer en leidingen zijn afgekoeld.
Belangrijk
Het apparaat mag niet worden gereinigd met schurende, agressieve en/of makkelijk ontbrandbare middelen (zoals
petroleum of aceton).
De volgende controles moeten jaarlijks worden uitgevoerd om een efficiënte werking van de ketel te waarborgen:
1. Controleer het uiterlijk en de lekdichtheid van de pakkingen in het gascircuit en het verbrandingscircuit. Vervang bij
inspectie- en onderhoudswerkzaamheden altijd alle pakkingen van de gedemonteerde onderdelen.
2. Controleer de staat en juiste positie van de vlamdetectie- en ontstekingselektrode;
3. Controleer de staat van de brander en ga na of die op juiste wijze is bevestigd;
4. Controleer op mogelijke verontreinigingen binnen de verbrandingskamer. Gebruik hiervoor een stofzuiger;
5. Controleer de druk in de cv-installatie;
6. Controleer de druk in het expansievat;
7. Controleer of de ventilator naar behoren werkt;
8. Controleer of de inlaat- en afvoerleidingen nergens zijn verstopt;
9. Controleer op mogelijke verontreinigingen binnen de sifon;
Zie ook
Waterbehandeling, pagina 20
10.3.1
De waterdruk controleren
Voor een correcte werking van de ketel is het nodig dat de waterdruk in het verwarmingscircuit (die op het display
weergegeven) tussen 1,0 en 1,5 bar ligt. Herstel indien nodig de waterdruk zoals beschreven in het hoofdstuk "Vullen van de
installatie".
10.3.2
De rookgasafvoer en luchttoevoer controleren
Controleer de volledige lijn rookgasleidingen en controleer met name de aansluitingen van de rookgasafvoer en luchtinlaat op
dichtheid.
10.3.3
De verbranding controleren
Meet het CO
/O
-gehalte en de uitgangstemperatuur van de rookgassen op het rookgasmeetpunt.
2
2
10.3.4
De automatische ontluchter controleren
U verkrijgt toegang tot de ketelpomp door het voorpaneel en het onderste bedieningspaneel te verwijderen. Controleer of de
ontluchter van de pomp werkt. Vervang de ontluchter als er sprake is van lekkage.
76
Tzerra Ace-Matic
wordt
7836964 - 02 - 29032023