Elektrische aansluiting
Aansluiten van de sensoraansluitbehuizing via klemmen
1.
3 mm
7.
22 mm
24 mm
1.
Maak de borgklem van de behuizing los.
2.
Schroef het deksel van de behuizing.
3.
Druk de kabel door de kabelwartel. Verwijder de afdichtring van de kabelwartel niet,
teneinde een goede afdichting te waarborgen.
4.
Strip de kabel en de aders. Plaats adereindhulzen in geval van soepele aders.
5.
Sluit de randaarde aan.
6.
Sluit de kabel aan conform de klembezetting van de aansluitkabel → 20.
7.
Zet de kabelwartels stevig vast.
Hiermee is het proces voor het aansluiten van de aansluitkabel afgesloten.
WAARSCHUWING
L
De beschermingsklasse van de behuizing kan in gevaar komen vanwege onvoldoende
afdichting van de behuizing.
‣
Schroef de schroeven op het deksel vast zonder gebruik van smeermiddel. De schroefdraad
op het deksel is behandeld met een droog smeermiddel.
8.
Schroef het behuizing op.
9.
Zet de borgklem van de behuizing vast.
22
2.
TX 20
TX 20
3.
10 (0.4)
5.
6.
Proline 500 – digital HART
A0029616
Endress+Hauser