5 Bediening
5.4
Kookzone uitschakelen
▸ Tip vermogensniveau
– Als verder niets wordt ingevoerd en de andere kookzones uitgescha-
keld zijn, wordt het toestel na 10 seconden uitgeschakeld.
5.5
Restwarmte-indicatie
Zolang er gevaar voor verbranding bestaat, blijft na het uitschakelen in de dis-
play
branden.
5.6
Warmhoudniveau
Het warmhoudniveau
Dit niveau bevindt zich tussen de vermogensniveaus
5.7
Smeltfunctie
Met de smeltfunctie kan bijv. boter, chocola of honing op ca. 40 °C voorzich-
tig gesmolten worden.
Smeltfunctie inschakelen
▸ Op slider stand
– Het symbool
– Het vermogensniveau gaat uit.
Smeltfunctie uitschakelen
▸ Met de slider een willekeurig vermogensniveau instellen.
5.8
Sudderfunctie
Met de sudderfunctie kunnen bijv. worsten, knoedels of gevulde deegwaren bij
ca. 94 °C onder het kookpunt gaar sudderen.
De nauwkeurigheid van de sudderfunctie is sterk afhankelijk van de
gebruikte kookgerei. Zo kan worden voorkomen, dat het water begint
te koken. In dit geval adviseren wij u om de sudderfunctie zonder pan-
deksel te gebruiken.
Wanneer het toestel wordt gebruikt op meer dan 1500 m boven de
zeespiegel, gebruik dan de sudderfunctie zonder pandeksel.
18
op de slider aan.
houdt gaar gemaakte gerechten bij ca. 65 °C warm.
2 seconden ingedrukt houden.
brandt.
en
.