Inhoudsopgave
Advertenties
I
NSTALLATIE
2.5
Installatieposities van de sensors
Sensoraansluitingen en installatieposities
S
ENSORAANSLUITING IN
REGELBOX
X1
nl
X2
X3
X4
X5
X6
X7
X8
nl-12
c
c
De posities waar de sensors geïnstalleerd moeten worden
hangen af van de toepassing van het luchtgordijn.
T
W
YPE
T
OEPASSING
K
-
LIMAATSCHEIDING BIN
-
NEN
BUITEN
Sensorkit vooraf geïnstal-
leerd in het luchtgordijn-
toestel (aanzuigsensor).
Sensorkit vooraf geïnstal-
leerd in het luchtgordijn-
toestel (uitblaassensor).
Niet aangesloten. (Weer-
stand niet verwijderen.)
Sensorkit vooraf geïnstal-
leerd in het luchtgordijn-
toestel (regelsensor).
Niet aangesloten.
Buiten het gebouw (vol-
gens de instructies voor
installatie van de buiten-
sensor in deze handlei-
ding).
Niet aangesloten.
Niet aangesloten.
Zie ook:
2.6
R
EGELSYSTEEM VOOR INDUSTRIE
Let op:
Het toestel mag NIET worden gestart en gestopt
door de netvoeding te onderbreken.
Let op:
De elektrische aansluitingen moet voldoen aan alle
landelijk en ter plaatse geldende normen, voorschrif-
ten en wetten.
T
A
YPE
T
-
EMPERATUURSCHEI
-
DING BINNEN
BINNEN
In de warme ruimte (op
een plaats die tempera-
tuur in de ruimte aan-
geeft).
Niet aangesloten. (Weer-
stand niet verwijderen.)
Niet aangesloten. (Weer-
stand niet verwijderen.)
Niet aangesloten. (Weer-
stand niet verwijderen.)
Niet aangesloten.
in de koude ruimte (op
een plaats die tempera-
tuur in de ruimte aan-
geeft).
Niet aangesloten.
Niet aangesloten.
"De buitensensor installeren", pagina 13
-
LUCHTGORDIJNEN
D
EELTJESSCHEIDING
-
BINNEN
BUITEN
In de ruimte (op een
plaats die temperatuur in
de ruimte aangeeft).
Vlakbij het luchtgordijn-
toestel. (Weerstand ver-
wijderen voor u de sensor
aansluit.)
Niet aangesloten. (Weer-
stand niet verwijderen.)
Niet aangesloten. (Weer-
stand niet verwijderen.)
Niet aangesloten.
Buiten het gebouw (vol-
gens de instructies voor
installatie van de buiten-
sensor in deze handlei-
ding).
Niet aangesloten.
Niet aangesloten.
Advertenties
Inhoudsopgave
