4. Handmatige kalibratie
Met behulp van een jumper, welke op de pinnetjes wordt gestoken, wordt de handmatige
kalibratie gestart.
De jumper mag alleen bij uitgeschakelde netspanning worden geplaatst.
Men moet zich er van hebben verzekerd, dat de sensor zich in normale
ruimteluchtomgeving bevindt.
Gedurende het gehele kalibratieproces wordt 3335 op de eerste index aan de DL-Bus
uitgegeven.
De kalibratie wordt afgebroken, als de 230V-netspanning onderbroken wordt of als er een
onderbreking optreedt tussen sonde en schakeling.
Is de kalibratie onderbroken, dan start deze bij het opstarten van de processor opnieuw
indien de positie van de jumper ongewijzigd is gebleven.
Indien een handmatige kalibratie wordt uitgevoerd, wordt de automatische kalibratie
gedeactiveerd en kan alleen door een reset weer worden geactiveerd (zie hoofdstuk
„Reset").
De jumper dient op de volgende pinnen te worden geplaatst:
Let op!
Een foutief geplaatste jumper kan de elektronica beschadigen.
Wordt de jumper niet benodigd, dan kan deze op de volgende pinnen zonder invloed op de
functie van de O
-sensor worden geplaatst:
2
10
Jumper
Jumper in
„Parkeerpositie"